7303

Lage Landen (1515-1531) 

Lage Landen (1506-1515)

In 1515 werd Karel V Heer der Nederlanden. Als zodanig kreeg hij alleen het bestuur over de gewesten Holland, Zeeland, Brabant, Vlaanderen en Limburg. De overige gewesten (waaronder Gelre) bleven onafhankelijk.

Nauwelijks was Karel V naar Spanje vertrokken, waar hij de vijandschap der Castilianen opwekte, of hij zocht toenadering tot zijn tante Margaretha van Oostenrijk (van Savoye) om zijn belangen in de Nederlanden te behartigen en het landvoogdijschap over deze gebieden weer op zich te nemen (1518).

Als landvoogdes regeerde zij in zijn naam vanuit Brussel de Nederlanden tot1530. Vanaf dat moment werkte zij weer, samen met de Nederlandse edelen, aan de Habsburgse belangen. Een van haar successen was de verkiezing van Karel V tot keizer (1519). Dit betekende hervatting van de oorlog met Frankrijk, waarbij Doornik definitief voor de Nederlanden werd gewonnen en alle hoogheidsrechten over Artois voor Frankrijk verloren gingen (1521). Ook Friesland, Utrecht en Overijssel onderwierp zij aan de Habsburgers. 

links: Margaretha van Savoye

Karel van Gelre (Karel van Egmond), die door koning Frans l van Frankrijk werd gesteund, begon opnieuw gevaarlijk te worden. Groningen erkende hem als heer en zijn veldheer Maarten van Rossum dreigde zich meester te maken van Friesland. Ook mengde de hertog van Gelre zich in de twisten in Utrecht en werd hij door de Utrechtse burgers binnengehaald (1527). Het jaar daarop deed Karel van Gelre een inval in Holland en plunderde Den Haag. Nu was de maat vol. Bij verrassing viel Karel met een leger Utrecht binnen, waarna het bisdom Karel V erkende als wereldlijk heer. 

Rechts: Karel van Gelre (1528)

Door de samenkomst met de koningin van Frankrijk (Damesvrede) bewerkte zij de vrede van Kamerijk (1529), waarbij Frans l voorgoed afstand deed van alle aanspraken op Frans-Vlaanderen. De laatste tien jaar liet Karel V haar het gehele bestuur over. Zij leidde dit steunend, vnl. op rechtsgeleerden uit Savoye en op Nederlandse edelen. Meer dan vroeger was zij waakzaam voor de belangen van de Nederlanden. In vele opzichten was haar regering een tijd van rust en welvaart voor de Zuidelijke Nederlanden. Als persoon stond Margaretha zeer hoog aangeschreven, door haar zelfstandig karakter, opofferende plichtsbetrachting en intelligentie. Zij heeft ook de opvoeding van Karel V en zijn broers en zusters gedurende de eerste tijd geleid. Zij beschermde de kunst en de letteren en baande aldus de weg voor de doorbraak van de renaissance in de Nederlanden.

Lage Landen (1531-1555)

laatst bijgewerkt: 27-09-02

colofon