9704 |
De Republiek der Verenigde Nederlanden (1775-1781) |
![]() |
In 1775 kwamen de Dertien Koloniën, die Engeland in Noord-Amerika bezat, in opstand. Die opstand vond veel bijstand in de Republiek, niet het minst, omdat de kooplieden hier een kans zagen om door handel met de opstandelingen een aardige duit te verdienen. Toen nu Frankrijk in 1778 de Amerikanen ging steunen en er een Engels-Franse oorlog uitbrak, werd ook Frankrijk voor de kooplieden van de Republiek een grote afnemer, vooral van scheepsbenodigdheden voor de Franse vloot. Via St. Eustacius werden de waren Amerika binnengesmokkeld. De Engelse regering protesteerden krachtig bij de Staten Generaal, maar deze beriepen zich op een Engels-Nederlands verdrag, waarbij de partijen toegestaan werd om scheepsbenodigdheden aan oorlogvoerenden te leveren.
Intussen werd er bij de Staten Generaal hevig geklaagd door kooplieden, wier schepen door de Engelsen waren ingenomen. Zij verlangden dat hun schepen door oorlogsschepen zouden worden begeleid. In 1779 zonden de Staten vijf oorlogsschepen uit om een aantal koopvaardijschepen te begeleiden. Toen het konvooi ter hoogte van het eiland Wright kwam, daagde een veel sterkere Engelse vloot op. Na een kort gevecht moesten de Hollanders toelaten dat hun schepen werden doorzocht. Weer werd een groot aantal schepen opgebracht. De Staten Generaal besloten daarop voortaan alle schepen, dus ook die welke oorlogsmateriaal transporteerden, zouden laten begeleiden. Ook werd besloten tot de bouw van een aantal nieuwe oorlogsschepen. Dit alles was tegen de zin van stadhouder Willem V, die liever neutraal had willen blijven. In 1780 besloten de Staten Generaal om toe te treden tot een verbond van "gewapende neutraliteit", dat was gesloten door Rusland, Zweden en Denemarken. Ook deze landen hadden last van de Engelsen, die doorgingen met het opbrengen van neutrale schepen. De verbondenen wilden nu de neutraliteit handhaven, desnoods met de wapenen. Vandaar die naam. De Engelse regering kon natuurlijk niet verhinderen dat de Republiek zich bij dat verbond aansloot, maar ze deed wat anders. Ze zond ijlings een oorlogsverklaring. De Vierde Engelse Oorlog (1780-1784) was uitgebroken. Daardoor was de Republiek niet meer neutraal en kon de Republiek niet meer rekenen op de steun van de nieuwbakken bondgenoten. Zij durfden een zeeoorlog met Engeland niet aan. In februari 1781 veroverde admiraal Rodney St.-Eustatius en nam daarbij een groot aantal schepen in beslag, en een enorme hoeveelheden koopwaar en voorraden wapens. |
![]() |
Op 6 augustus 1781 kwam het op de Noordzee tot een treffen (Slag op de Doggersbank). Nadat de gevechten vijf uur hadden geduurd, gaven de Engelsen de strijd op. Maar na dit gevecht zouden de Hollandse vloot niet meer uitvaren. Men vond dat de Hollandse vloot niet was opgewassen tegen de Engelsen en te slecht was uitgerust om een tweede treffen te riskeren. |
Een tweede reden was dat de Oranjegezinde vlootofficieren er niets voor voelden om met Frankrijk tegen Engeland te vechten. Dit was natuurlijk tegen de zin van de kooplieden en van Frankrijk.
De slag op de Doggersbank was het belangrijkste militaire evenement in de Vierde Engelse Oorlog. Nederlandse en Engelse oorlogsbodems, van weerszijden vooral dienstdoend als escorte voor handelsschepen, troffen elkaar buitengaats. Aan het einde van het gevecht konden de Engelsen hun tocht naar het moederland voortzetten, mét hun handelsvloot. De Nederlandse schout-bij-nacht Zoutman moest zijn gehavende schepen in veiligheid brengen, terwijl de vrachtschepen die hij naar de Oostzee had zullen begeleiden, méé moesten terugkeren.Vergeleken met de successen die onze zeehelden een eeuw tevoren hadden weten te bevechten, mag men het een schamel resultaat noemen, maar Zoutman werd alom geprezen. De slag zelve wordt ons niet getoond, maar een spannend moment na afloop. Bijna dreigde het op een tweede handgemeen uit te lopen toen een van de Hollandse schepen vlagde dat het zwaar beschadigd was en assistentie nodig had. De Engelsen maakten al aanstalten het aan te grijpen, maar de kapitein van het Nederlandse schip hees de Prinsenvlag, waarop de Engelsen zich bedachten. Admiraal Zoutman kreeg alle lof toegezwaaid, maar het was wel de laatste Nederlandse Zeeslag in Europa. De rol van Nederland als militaire mogendheid in Europa was definitief voorbij. In 1783 erkende Engeland de onafhankelijkheid van de Noordamerikaanse koloniën en sloot vrede met Frankrijk, dat zich niets meer aantrok van de Republiek omdat die had nagelaten om met een vloot op zee te komen. Het jaar daarop (1784) sloot Engeland vrede met de Republiek. De Republiek moest gebied afstaan in Voor-Indië en Engeland de vrije vaart in de Molukken toestaan. Van de Vierde Engelse Oorlog zou de Republiek zich niet meer herstellen.
laatst aangepast: 29-02-04 |