5123

Koninkrijk Jeruzalem (1118 - 1147)

Boudewijn ll (van Bourg) (1118 - 1131)

Boudewijn ll (van Bourg) was de tweede zoon van Hugo, de graaf van Rethel en Melisende de Montlhéry. Vóór hij deelnam aan de eerste kruistocht was Boudweijn in het bezit van de heerlijkheid van Bourg, in het dal van de Aisne, vanwaar ook zijn naam is afgeleid.

Boudewijn van Bourg was in 1100 Boudewijn van Boulogne opgevolgd als graaf van Edessa. Hij trouwde met de Armeense prinses Morphia van Melitene. Samen zouden ze vier dochters krijgen: Melisende, Alice, Hodierna en Loveta.  In 1104 streed hij in de slag van Harran, waarin hij door de Seltsjjoeken gevangen werd genomen. Tancred nam het regentschap over, maar hij vond het belangrijker zijn eigen soldaten vrij te kopen dan Boudewijn weer vrij te krijgen. Uiteindelijk werd Boudewijn in 1108 vrijgekocht door Jocelin de Courtenay voor 60.000 gouden dinars, maar Tancred weigerde Edessa weer aan Boudewijn af te staan. 

Dankzij de hulp van de Armeniërs, de Byzantijnen en zelfs de Seldjoeken wist Boudewijn zijn staat op Tancred terug te veroveren, die verslagen terug keerde naar Antiochië. Later wisten de twee hun meningsverschillen bij te leggen en streden ze beiden in het beleg van Tripoli.

Vlak na zijn aanstelling tot koning werd het koninkrijk bedreigd door aanvallen vanuit het noorden door de Seldjoeken en vanuit het zuiden door de Egyptenaren. Rogier van Salerno - de tijdelijke regent van Antiochië - kon niet wachten op versterking van Boudewijns leger en ging de strijd met de Seldjoeken aan in de slag van Sarmada (slag van Ager Sanguinis). Na deze winnende slag wist Boudewijn aan het eind van 1119 de Seldjoeken uit Antiochië te verjagen en de Egyptenaren te verslaan.

Tijdens de regeerperiode van Boudewijn II werd de Orde van de Tempeliers opgericht (1118). De Hospitaalridders veranderde in een militaire orde. In 1120 werd het concilie van Nablus opgericht, waar de eerste wettelijke koninkrijk regels werden gemaakt.

In 1122 werd Jocelin I van Edessa tijdens een gevecht gevangen genomen. Boudewijn kwam meteen naar Edessa om het regentschap op zich te nemen, maar ook hij werd gevangen genomen tijdens een grenspatrouille door de Artuklu. In 1124 werden Jocelin en Boudewijn door 50 Armeense ridders bevrijd en wisten zij te vluchten. Datzelfde jaar veroverde Boudewijn ll de stad Tyrus.

Tussen 1125 en 1130 voerde Boudewijn ll enkele aanvallen uit op Arabisch gebied, maar moest daarnaast ook vaak zijn eigen grondgebied tegen Arabische aanvallen verdedigen. In de slag van Aziz, waarvoor hij alle ridders uit de kruisvaardersstaten had verzameld, werd het moslimleger dat ver in de meerderheid was, verslagen. Boudewijn zag nu kans om de Artuklu-moslims aan te pakken. De steden Aleppo en Mosoel hadden zich echter snel weer verenigd, zodat de kruisvaders eerst begonnen met het belegeren van Damascus. Aan dit beleg nam ook Fulk van Anjou deel aan wie Boudewijn later zijn dochter Melisende zou uithuwelijken. De belegering werd door de moslims afgeslagen, zodat Boudewijn besloot zich terug te trekken. Een paar dagen later sneuvelde koning Bohemund II van Antiochië tijdens een confrontatie bij de grens. Op 21 augustus 1131 werd Boudewijn in de namiddag plotseling ziek en nog geen paar uur later overleed hij. Hij werd begraven in de kerk van het Heilige Graf en opgevolgd door zijn oudste dochter Melisende.

Melisende (1131 - 1153) en Fulco (Fulk) (1131 - 1143)

Boudewijn II werd in 1131 opgevolgd door zijn dochter Melisende (*1105), die samen met haar echtgenoot Fulk het koninkrijk Jeruzalem regeerde. Fulk was de zoon van graaf Fulco IV van Anjou en Bertrada van Montfort. Hij was graaf van Anjou van 1109 tot 1129. Hij trad als graaf van Anjou toen hij voor de twee keer trouwde.

Onder Fulks bekwame bestuur - hij was een geducht legeraanvoerder - bereikte het koninkrijk zijn hoogtepunt zowel in economisch als in artistiek oogpunt. Zo werd het Psalter van Melisende tussen 1135 en 1143 in opdracht gegeven. Fulk kreeg echter te maken met een nieuwe en gevaarlijk vijand, de atabeg Zengi van Mosoel. Hoewel hij hem van het lijf wist te houden zou hij later door Willem van Tyrus verweten worden de grenzen niet voldoende versterkt te hebben. Fulk overleed aan de gevolgen van een ongeluk gedurende de jacht in 1143. Koningin Melisende werd regentes voor haar oudste zoon en benoemde Mannases van Hierges tot constabel over het leger.

Fulks dochter Sybilla van Anjou trouwde in 1139 met graaf Diederik van de Elzas, graaf van Vlaanderen (1128 - 1168).

Boudewijn lll (1143 - 1162) (onder regentschap van zijn moeder Melisende (1143 - 1153)

Boudewijn III van Jeruzalem (*1130) was de oudste zoon van Melisende en Fulk van Jeruzalem. Boudewijn was 13 jaar toen zijn vader Fulk overleed en hij koning werd van Jeruzalem en zijn moeder Melisende regentes. Met een vrouw en een tiener aan de macht waren er al gauw spanningen binnen het koninkrijk, omdat een goed leiderschap ontbrak. De Seldjoeken veroverden het graafschap Edessa, waarop de tweede kruistocht werd uitgeroepen. 

Koninkrijk Jeruzalem (1147 - 1185)

Gemaakt: 29-02-08; laatst bijgewerkt: 12-03-08

colofon