3053 | Corsica - IJzertijd (700 - 238 v. Chr.)) |
![]() |
De Etrusken beheersten vanaf de 12e eeuw v.Chr. alle belangrijkste handelsroutes in de Middellandse Zee. In die tijd hadden de bewoners van Sardinië ook al handelscontacten met de Etrusken uit Italië. Uiteindelijk werden de oorspronkelijke bewoners door de Etrusken en de Phoeniciërs naar het binnenland verdrongen. Intussen was het Noord-Afrikaanse Carthago een zelfstandige macht geworden. Deze Phoeniciërs werden echter Puniërs genoemd, de Latijnse naam voor Phoeniciërs. Ook de Grieken interesseerden zich weer voor Sardinië en vielen ca. 540 v.Chr. Sicilië aan. Ze deden dit vanuit hun kolonie Alalia op Corsica. De samenwerkende Etrusken en Puniërs hielden ze echter tegen. De Etrusken verlieten daarop het eiland en vestigden zich op Corsica, waarmee Sardinië definitief onder invloed van Carthago kwam. Rechts: de Nora-Stele (Museum van Cagliari, Sardinië) |
![]() |
Omstreeks 565 v. Chr. stichtten Griekse kolonisten uit Phokaia (Phocaea), de Focaiers, die door de Perzen uit hun land waren verjaagd, een kolonie op het eiland: Alalia (het huidige Aleria) voor de oostkust van Corsica en namen bezit van de naburige gronden. De Grieken noemden het eiland al het eiland van schoonheid (Kallistu). De haven lag op een strategische plaats, op de vaarroute tussen Sicilië en het zuiden van Frankrijk, beiden belangrijke kolonies van de Grieken. De Focaiers waren handelaren die veel zaken deden met Sicilië, Spanje, Frankrijk en Italië, en zij stichtten de nederzetting Alalia, waar nu Aléria gelegen is.
|
![]() |
Lang hield de stad het echter niet uit. In 539 v. Chr. (of 540?) versloegen de Etrusken en de Carthagers tezamen de Grieken voor de kust van Corsica en bezetten het. De vroegere Griekse kolonie Alalia werd een deel van Etrurië. Het is opmerkelijk dat de Grieken, ondanks het feit dat hun kolonie verloren was gegaan, toch de handel van en naar het eiland bleven domineren. Zelfs nadat het Carthaagse leger vanaf 278 v. Chr. op het eiland aanwezig was, konden de Grieken bijna een monopolie uitbouwen in de hout-sector, in honing en hars. De Etrusken kwamen echter in aanraking met de Romeinen en konden hun kolonie op Corsica niet behouden en het eiland werd terug onafhankelijk (niet als één land, maar de stammen stonden niet langer onder buitenlandse overheersing). De Carthagers namen de kolonie over in de 4de eeuw v. Chr. en noemden het eiland naar zijn oud-Griekse naam: Kyrnos (Grieks: bosrijk). In 278 v. Chr. nam Carthago ook bezit van de rest van het eiland.
Gemaakt: 25-06-06 |