2406

Egypte (1718 - 1633 v. Chr.)
Tweede Tussenperiode 13e en 14e dynastie 

Egypte (1793 - 1718 v. Chr.)
Omstreeks 1718 v. Chr., raakte het centrale gezag in verval. Ook economisch ging het bergafwaarts. Veel koningen van de 13e dynastie regeerden niet meer dan een jaar en de macht lag meer in handen van de bureaucratie en de vizier dan de farao. De stad Avaris scheen zelfs een aantal decennia geheel verlaten te zijn geweest, evenals het paleis aldaar.

De Nijldelta moet plotseling zijn getroffen door een grote epidemie of andere grote ramp. In Avaris zijn massagraven gevonden die daarop zouden wijzen. Deze rampspoed is wel eens in verband gebracht met (Rohl) de "tien plagen" uit het bijbelboek Exodus onder leiding van Mozes (Rohl). Of we deze "tien plagen" letterlijk moeten nemen laat ik maar even in het midden. De archeologie maakt echter wel duidelijk dat Egypte in deze periode grote hongersnoden heeft gekend met mogelijke rampzalige gevolgen.Avaris werd verlaten en zou pas jaren later opnieuw worden bevolkt door nieuwe Aziatische immigranten.

Khendjer (Chendjer) (1718 - 1712)

Imiramesha (1712 - 1710)

Antef (Intef) lV (1709)

Seth l (1708)

Ibi l (1708)

Aakeni (1708)

Sobekhoteb (Sebekhotep) lll (1708 - 1705)

Deze farao was niet van koninklijke afkomst en zijn ouders (genoteerd in een tempel inscriptie) waren gewone burgers. Ondanks zijn korte regeerperiode zijn er een hoop artefacten overgebleven van hem, waaronder meer dan 30 scarabee-zegels. Restanten van monumenten van hem zijn gevonden El Kab en Lisht. In het Egyptisch Museum te Caïro kan hij worden gezien als sphinx. 

Neferhotep l (1705 - 1694)

Artefacten van zijn heerschappij zijn talrijk en te Sehel is zijn naam in rotsen gegraveerd op 7 verschillende posities.
Hij heeft 2 steles nagelaten in Abydos gemaakt in zijn 2de en 4de jaar van zijn regering en een andere is gevonden in Byblos te Libanon.  Neferhotep was de sterkste koning van deze tijd. Hij regeerde over vrijwel geheel Egypte (behave Xois dat in handen van de 14e dynastie was) en probeerde hervormingen door te voeren. 

Neferhotep l  was volgens de Engelse Egyptoloog David Rohl de farao van de exodus (uittocht) van het joodse volk ui Egypte. Volgens hem konden de Aziatische vorsten Egypte veroveren omdat het leger van de farao tijdens deze uittocht van joden onder leiding van Mozes in de Rode Zee was verdronken. zie ook: Farao's en de Bijbel

Ondanks de binnenlandse moeilijkheden was Egypte nog steeds een macht van belang, wier gezag tot in Byblos erkend werd. De opbloei zou echter maar van korte duur zijn. Er was al geruime tijd een proces van immigratie vanuit Azië aan de gang en onder de regering van Neferhotep's broer Sobekhotep IV brachten Aziaten de stad Avaris onder hun gezag. Neferhotep I - Wikipedia

Sahathor ( Sihathor) (1694)

Broer van Neferhotep I

Sebekhotep (Sobekhoteb) lV (1693 - 1685)

Broer van Neferhotep I Een gedocumenteerde oorlogscampagne naar Beneden-Nubië zou het zijn bewijs zijn van een behoorlijk offensieve politiek gedurende die dagen. Sommige Egyptologen, (W. Helck) stellen voor dat er in zijn tijd (of direct daarna) een regeringscrisis was, die leidde tot de formatie van een paar onafhankelijke vorstendommen. Op hetzelfde moment zijn mogelijk de Aziatische vorsten (Hyksos) aan de macht gekomen in de Delta. 

De invloed van de farao nam zozeer af, dat lokale heersers de macht konden overnemen. De Egyptische koning behield het gezag over Beneden-Nubië, maar de plaatselijke legerafdelingen gedroegen zich steeds onafhankelijker en vestigden zich als permanente bewoners. Sommigen van hen bleven achter toen ten tijde van de 15-17e dynastie het gebied vanuit het zuiden onder de voet werd gelopen.

Het wegvallen van het centrale gezag maakte de weg vrij voor de Aziatische vorsten uit het oostelijke Middellandse Zeebekken, die tijdens zijn regering de Nijldelta begonnen binnen te vallen. De Egyptenaren noemden hen "de koningen uit de woestijn" of "de heersers der vreemde landen" of "koningen van de nomadenstammen".  De naam Hyksos is een foutieve Griekse vertaling hiervan. 

Sebekhoteb (Sobekhoteb) V (1685 - 1680)

Iaib (Wahibre) (1680 - 1669)

Aï (Ay) l (1669 - 1656) 

Van 1656 tot 1633 regeerden nog vele andere koningen, waarvan weliswaar een aantal namen bekend zijn, maar waarvan we meestal niet exact weten wanneer en hoe lang ze hebben geregeerd. Sommige regeerden bovendien alleen over een bepaald gebied). Sebekhotep VI (1656 - 1654); Ini I (1656 – 1654); Sankhenre Suadjetu (1654 – 1651); Ined (1651?); Neferhotep II (1650 – 1647); Hori (Hor II?) (1646); Sebekhotep VII (1646-1642); Dedoemose (Didumes) (1641 – 1638); Ibi II; Hor II (Hor III?); Se...kare (Sedjefakara); Senebmioe; Sekhaenre; Mercheperra (Merikheperre); Merkara; Sesostris IV (Senweseret IV); Mentuemzaf (Montuemzaf); Neferhotep III; Mentoehotep V; Nerkara; Wesermontoe; Sebekhotep VIII; Ini ll; Mentoehotep VI; Senaib; Sebekhotep IX; Webwawetemsaf; Sebekai; Kuiiker; Seankhptah; Sakare

14e dynastie (Onderkoningen van de delta) (ca. 1710 - ca. 1590 v. Chr.

Gelijktijdig met de 13e dynastie regeerde in het noorden van de centrale Nijldelta bij Xois koningen, die door Manetho zijn ondergebracht in wat hij noemt de 14e Dynastie. Over deze koningen is zeer weinig bekend is. Het gaat waarschijnlijk om een Aziatische dynastie die zich vestigde tijdens de verzwakte 13de dynastie. Het aantal koningen (76) is waarschijnlijk te wijten aan het gelijktijdig regeren van verschillende 'krijgsheren'. Enkele namen: Nehesi, Khatire, Nebfaure, Sehabre, Meridjefare, Sewadjikare, Heribre, Sankhibre, Kanefertemre, Neferibre, Ankhare,

Sommige heersers hadden buitenlandse namen en waren waarschijnlijk "Hyksos", een groep nomadenvolkeren die zich hadden gevestigd in de noordoost delta al tegen het einde van de 12de dynastie. Hun namen zijn getalsmatig gezien genoeg om een half dozijn dynastieën te vullen in deze korte tijdsperiode. Vele van hun, indien ze echt zijn, waren waarschijnlijk stam- of regioleiders die zichzelf de hoogste titel gaven die beschikbaar was voor een korte tijd op de troon. Onder de Egyptologen zijn er verschillende theorieën over hoe deze periode georganiseerd was, alles van vele mini-koninkrijken op hetzelfde moment tot verklaringen dat de koningen verzonnen zijn, vazallen van de Hyksos of voorvaders van hen. Weinig tot niets is bekend van deze lijn van koningen van wie Manetho (Africanus) zegt dat het er 76 waren en dat ze regeerden gedurende 184 jaar. De Turijnse koningslijst vermeldt er 32 van hun in een ruimte die waarschijnlijk oorspronkelijk ongeveer 60 namen bevatte. De eerst genoemde, Nehesy, kan 5 vermiste namen gehad hebben in een gat voor hem.
De jaren van hun regeerperioden geven ieder ongeveer 2 jaar op de troon. Dit opmerkelijke feit correspondeert goed met de cijfers gegeven door Manetho. Het heeft nog steeds geen alleszeggende verklaring en het lijkt achteraf rijp voor om een legende te worden. Slechts weinig van deze koningen hebben artefacten achtergelaten van hun tijd op de troon. Naast die van Nehesy, zijn er resten bekend van drie andere heersers: nummer 5) een stele van Saft e-Hinna in de oost-delta, 13) naam op een kruik, 14) naam op een scarabee zegel.

Dynastieën met hun Farao's Dynastie 14 00 Inleiding

Egypte (1633 - 1532 v. Chr.)

laatst bijgewerkt: 11-08-08

colofon