2213 |
Thebe (1363- 1300 v. Chr.) |
![]() |
Labdacus geldt als de stamvader van de zogenaamde Labdaciden-dynastie die over Thebe regeerde. Hij was de enige zoon van Polydorus en zijn echtgenote Nycteis. Polydorus overleed toen Labdacus nog een jong kind was en daarom trad die manier werd zijn oom Nycteus (broer van zijn moeder) regent van Thebe en voogd over het jonge koningskind. Toen zijn dochter Antiope werd ontvoerd door koning Epopeus van Sikyon (een stadstaat in het noorden van de Peloponnesos), nam Nycteus wraak door met een leger het gebied van Sikyon binnen te dringen. Hij werd echter verslagen en liep daarbij zware verwondingen op. Stervend werd hij teruggevoerd naar Thebe, waar hij, nog net voor zijn dood, het voogdijschap over Labdacus overdroeg aan zijn broer Lycus, die hem ook als regent moest opvolgen. Bovendien liet hij Lycus zweren dat hij wraak zou nemen op Epopeus, maar deze overleed nog vóór Lycus deze belofte kon waarmaken |
|
Eenmaal volwassen geworden, regeerde Labdacus korte tijd over Thebe, maar hij sneuvelde op jonge leeftijd in een grensoorlog tegen de Atheense koning Apollodorus heeft een behoorlijk afwijkende versie van dit verhaal. Hier waren Nycteus en Lycus de moordenaars van de kinderloze Lapithenkoning Phlegyas, die na de aanslag hun vaderland moeten verlaten. Zij zochten een toevlucht in Boeotië, waar Lycus door de Thebanen als legeraanvoerder werd aangesteld. In die hoedanigheid maakte hij van de minderjarigheid van koning |
Vóór zijn dood liet hij zijn broer Lycus zweren dat hij wraak zou nemen op Epopeus. Lycus hield zijn belofte: hij doodde Epopeus, nam Antiope gevangen en voerde haar mee naar Thebe, als slavin voor zijn tweede echtgenote Dirce. Antiope beviel van een tweeling: Amphion en Zethus. Dirce, die jaloers was op Antiope, liet haar in de boeien slaan, maar Zeus hielp haar te ontsnappen naar de berg Cithaeron, waar zij haar zonen het leven schonk. Zij liet ze te vondeling leggen, maar werden door herders gevonden en grootgebracht. Amphion zou zich bekwamen in lied en muziek, terwijl zijn broer zich toelegde op jagen en het hoeden van de kuddes. De twee broers vestigden zich in de stad Entresis nabij Thespiae en lieten in deze stad versterkingen bouwen. Antiope, die als slavin was behandeld door Lycus en Dirce, ontsnapte intussen uit haar gevangenis, nadat haar kettingen miraculeus waren losgeraakt. Toen haar zonen hun moeder herkend hadden, gingen ze naar Thebe, waar ze Lycus doodden. Zij bonden Dirce op de horens van een woedende stier, totdat ook zij dood was en wierpen daarna haar lichaam in een bron, die vanaf dan de bron van Dirce werd genoemd. De straf die Amphion en Zheteus Dirce oplegden wordt voorgesteld in de beroemde Farnesische stier, het werk van Apollonius Rhodius en Tauriscus, die in 1546 werd ontdekt in de Thermen van Caracalla te Rome en nu in het Nationaal Archeologisch Museum te Napels is te zien |
![]() |
Na de dood van Amphitryon die vroeger koning van Tiryns was geweest genoot gastvrijheid aan het Thebaanse hof, nadat hij uit Mycene was verbannen.
In 1308 veroverden Amphion en Zethus Thebe en maakten zich meester van de troon. Nadat ze Thebe hadden ingenomen, versterkten zij de stad met een muur waarbij Amphion zo fraai de lier bespeelde dat de stenen zich vanzelf aaneenvoegden. |
Amphion trouwde met Niobe, de dochter van Niobe beval de inwoners van Thebe haar te aanbidden in plaats van de godin Leto.. Met haar hoogmoedswaanzin tartte Niobe de goden. Hierop doodden de kinderen van Leto, Apollon en Artemis, Niobe's kinderen. Na de aanblik van zijn dode zonen pleegde Amphion zelfmoord. Volgens Ovidius, doodde Amphion zichzelf met een zwaard. Volgens anderen, werd hij door Apollo gedood omdat hij de Pythische tempel van de god had geschonden. |
![]() |
Niobe vluchtte daarna naar de berg Sipylos in Klein-Azië, waar ze in een steen veranderde Haar tranen vormden de rivier Achelous, de grootste rivier van Griekenland. Op de berg staat nog steeds een beeld van een vrouwengezicht. De plaatselijke bevolking beweert dat dit het gezicht van Niobe is, al is het waarschijnlijker dat het beeld Cybele (Kubala) voorstelt. Aangezien het water uit de poreuze kalksteen sijpelt lijkt het alsof het beeld huilt.
In het mythologische verhaal veranderden de goden de inwoners van Thebe in stenen zodat niemand de kinderen van Niobe kon begraven, tot de negende dag na hun dood toen de goden hen zelf begroeven. |
![]() |
Amphion werd samen met zijn broer in Thebe (of, volgens Stephanus Byzantius in Tithoraea) begraven. De bewoners van Tithoraea geloofden, dat zij hun eigen velden vruchtbaarder konden maken door, in een bepaalde periode van het jaar, aarde van het graf van Amphion en op het graf van Antiope uit te strooien. Om deze reden hielden de Thebanen het graf van Amphion in deze periode in het oog. |
Na de dood van |
laatst bijgewerkt: 29-01-11 |