Nederland in de 19e eeuw|
4435 |
Leven op het platteland |
| Nederland in de 19e eeuw |
 |
| "Het bezoek", schilderij van Hendrik Valkenburg (1826 - 1896) |
| Dagloners waren mensen die voor een bedragje per dag (in 1853 was dat ongeveer 50 cent) arbeid verrichten. Dit kon van alles zijn: grasmaaien in het westen, koeien melken in Duitsland, hout schillen in Friesland of werken in een fabriek. Het probleem was dat er in de winter vaak te weinig werk was. Geen werk betekende geen geld en dus geen eten. Men was dan aangewezen op de armenvoorzieningen. |  |
 |
|
Vanuit Friesland, Groningen, Overijssel, Zeeland en zelfs West-Duitsland trekken in de tweede helft van de 19e eeuw groepen mensen naar Drenthe om turf te steken. De veenarbeiders waren zo arm, dat zij moesten wonen in hutten van boomstammen en heideplaggen, omdat ze een stenen huis konden ze niet betalen. rechts: Aardappelrooisters, schilderij van Jules Bastien-Lepage (1868-1916) |
 |
 |
| Boven: Marktdag in Volendam (?), schilderij van Henri Houben (1858 - 1931) |
 |
|
Gemaakt: 21-03-03; laatst bijgewerkt: 25-01-06 |