7402 |
Denemarken (1513 - 1588) |
![]() |
Christiaan ll was getrouwd met de Habsburgse prinses Isabella van Oostenrijk, een zuster van de latere keizer Karel V. Een hardnekkige legende verhaalt dat Isabella op weg naar haar bruiloft in Kopenhagen op de Noordzee in een verschrikkelijk noodweer zou zijn beland. Ze beloofde God dat wanneer ze veilig aan land zou komen haar nieuwe vaderland vijf altaarstukken te schenken. Christiaan II probeerde in 1520 op brute wijze het Zweedse verzet te breken door meer dan 80 tegenstanders, meest leden van de Zweedse adel, te executeren, maar dit had het tegengestelde effect. Onder leiding van Gustav Vasa (Gustav I) leidde een nieuwe opstand uiteindelijk tot het verbreken van de unie en Zweden werd een zelfstandig koninkrijk. |
![]() |
![]() |
![]() |
Het huidige Denemarken is slechts een klein gedeelte van het grote koninkrijk dat Christian III in zijn bezit kreeg na de overwinning in de burgeroorlog in 1536. Op dat moment omvatte Denemarken eveneens Scania, Halland, Blekinge, Gothland en Oesel. Verder vormde Noorwegen met zijn uitgebreide bezittingen in de Noord Atlantische Oceaan (de Faroes, IJsland en Groenland) een personele unie met Denemarken sinds de oprichting van de Kalmar Unie in 1397. Het handvest bij de troonbestijging van Christian III benadrukte dat Noorwegen net zozeer deel uitmaakte van Denemarken als Jutland. Verder moest de monarch van Oldenburg (hertog van Holstein en Schleswig) trouw zweren aan de Deense troon. Het bestuursstelsel zoals dat vorm kreeg tussen 1536-1660 staat bekend als een aristocratische regering. Het was een grondwettelijke vorm van bestuur waarin de koning officieel werd gekozen door de gewesten van het rijk, maar in de praktijk door de edelen in de Rigsråd, die echter altijd de zoon van de koning koos. In ruil daarvoor moest de koning een grondwettelijk statuut tekenen waarin de verdeling van de macht tussen de Kroon en de Rigsråd was vastgelegd. Het was in deze tijd dat de denkbeelden van Luther doordrongen tot Denemarken. Het sprak de Denen zeer aan en het was Christian III die in 1536 de evangelisch- lutherse leer als staatsgodsdienst installeerde. |
![]() |
![]() |
Zijn opvolger Frederik II kwam in conflict met de Zweedse vorst. Dit zou uitlopen tot de Zevenjarige oorlog (Driekoningenoorlog) (1563-1570) die echter geen oplossing bracht voor het conflict. De Zweden waren op het land te sterk, de Denen te sterk op zee. Doordat Spanje, Duitsland, Engeland en Frankrijk voortdurend in oorlogen verwikkeld waren, kon Denemarken zich ontwikkelen als een wereldmacht op zee. Rond 1560 kregen zowel Denemarken als Zweden een andere heerser en er kwam een einde aan de periode van vreedzaam naast elkaar leven. Zweden, onder leiding van Erik XIV, was erop gebrand de macht van de Denen te breken, terwijl Frederik van Denemarken droomde van het herstel van de Kalmar Unie onder Deense heerschappij. Dit leidde tot Den Nordiske Syvårskrig (de Scandinavische 7-jarige oorlog, 1563-1570), die uiteindelijk beide partijen uitputte zonder dat er maar één grens was verschoven. |
Gemaakt: 15-09-05, Laatst bijgewerkt: 15-02-10 |