4100 |
Het Frankische rijk (679 - 711) |
![]() ![]() ![]() |
![]() Na de dood van Dagobert ll werd Pippijn (Pepijn) ll bijgenaamd van Herstal), de zoon van Ansegisil en van Begga en kleinzoon van Arnulf en Pippijn l), de machtigste man in het oostelijke rijk, waar hij als hertog gezag uitoefende. Hij raakte in strijd met Neustrië en versloeg in 687 bij Tetry de koning en de zuidelijke hofmeier van Neustrië. Pippijn werd hofmeier van het hele Frankische rijk. Theuderik mocht aanblijven als koning. |
Na deze overwinning op Neustrië trok Pippijn ll het gezag over Bourgondië aan zich. Het Frankische rijk was weliswaar weer verenigd onder één Merovingische koning (![]() Het politieke zwaartepunt verschoof naar het gebied van Moezel, Maas en Beneden-Rijn.
|
![]() |
![]() Na de dood van Theuderic lll in 691 plaatste Pippijn ll een nieuwe marionet op de troon:
Childebert lll, ook Childebert IV genoemd om hem te onderscheiden van Childebert de Geadopteerde, de zoon van hofmeier Grimoald, die regeerde van 656 - 662),volgde zijn broer Clovis IV na diens overlijden op. De hofmeier Pepijn van Herstal oefende de macht uit in zijn naam, over Neustrië en Bourgondië. Vanaf koning Clovis IV begonnen de hofmeiers daadwerkelijk te regeren in 's konings naam. Hiermede komen de verhalen van de "Vadsige of luie koningen". Zij namen het gemakkelijk op en lieten hun "eerste minister" eigenlijk, regeren. Links: het Frankische Rijk in 700 |
Pippin ll had het hele bestuursapparaat onder zijn controle, maar na de dood van zijn beide zoons kon hij niet besluiten het gezag aan Karel over te dragen. Testamentair bepaalde hij dat een kleinzoon, nog onmondig, onder regentschap van zijn vrouw Plectrudis hofmeier van het verenigde Frankische rijk diende te worden. Daartoe raakte de juist door Pippijn zelf gestichte overmacht van de Arnulfingen weer in verval, want de Franken weigerde deze beschikking te erkennen. Zij was te duidelijk tot stand gekomen onder invloed van Plectrudis.Toen trad de tot dan toe geminachte Karel plotseling op de voorgrond en verwierf, al strijdend onder de moeilijkst omstandigheden en na wisselende kansen, de positie van zijn vader. Zijn krachtsontplooiing kwam ook tot uitdrukking in zijn bijnaam "Karel Martel, de Strijdhamer".
laatst bijgewerkt: 16-02-08 |