xxxx Milaan (1287 - 1800)
Milaan

Matteo Visconti, ook wel Matteo il Grande genoemd, werd in 1287 gekozen tot "capitano del popolo" (kapitein van het volk), een tijdelijke gezaghebber die zes maanden lang de stadstaat bestuurde. Met hulp van zijn oom, aartsbisschop Oddone Visconti slaagde hij erin om deze termijn te verlengen voor onbeperkte tijd. In 1302 moest hij vanwege een opstand vluchten naar Verona. Keizer Hendrik VII van het Heilige Roomse Rijk installeerde hem in 1310 weer als heerser. Matteo I werd in 1322 geëxcommuniceerd door Paus Johannes XII, vanwege een ruzie over de Milanese bisschopszetel. In datzelfde jaar deed hij troonsafstand ten gunste van zijn zoon Galeazzo I Visconti als capitano del popolo. Al hauw werd hij gedwongen om de stad opnieuw te verlaten door een opstand, opgezet door zijn neef Lodrisio Visconti. Met de steun van keizer Lodewijk IV, versloeg hij in Vaprio een leger dat tegen hem door de Paus werd gestuurd. In 1328, na beschuldigd te zijn van zowel de moord op zijn broer Marco, als de moord op zijn broer Stefano Visconti, nam de keizer hem gevangen in Monza. Galeazzo werd bevrijd in maart 1328 zocht zijn toevlucht bij de andere rebellenleider van Italië, Castruccio Castracani. Een paar maanden later stierf hij in Pescia.

Zijn zoon Azzo Visconti, sinds 1322 Heer van Piacenza, volgde hem op als heer van Milaan. Hij wordt beschouwd als de stichter van de staat Milaan, dat later een hertogdom werd. samen met zijn vader. In 1329 kocht hij voor 60.000 florijnen de titel van keizerpredikant van Milaan van keizer Lodewijk IV en kwam daarmee in conflict met de Paus, die normaal gesproken het recht op de benoeming had. Azzo betaalde slechts 12.000 van de beloofde florijnen, de zwakke Lodewijk IV kon hem niet dwingen te betalen. In de zelfde jaren werd hij genoemd als één van de moordenaars van zijn oom Marco, maar werd nooit veroordeeld. Op 15 maart 1330 werd Azzo benoemd tot Heer van Milaan. In 1331 werd Karel van Bohemen, de zoon van Koning Jan van Bohemen en de toekomstige keizer Karel IV, bijna vergiftigd bij een banket in Pavia. Azzo werd opnieuw verdacht. In augustus van hetzelfde jaar verenigde hij zich met de Markies van Montferrat tegen Koning Robert van Anjou om zijn bezit in noordwestelijk Italië te veroveren. In 1332 veroverde hij Bergamo, in 1335 nam hij Lodi, Crema en andere staten van Lombardije in, die zich aan de Pauselijke Staten hadden toegevoegd, evenals Bercelli en Cremona. Azzo stierf in 1339 aan een jichtaanval en werd begraven in de kerk van San Gottardo, die hij enkele jaren voordien had laten bouwen. Hij had geen mannelijke erfgenamen, enkel een dochter. Hij wordt herinnerd als opdrachtgever voor grote bouwwerken in Milaan en andere steden van Lombardije.

Hij werd in 1339 opgevolgd door de tweede zoon van Matteo Visconti Luciano Vosconti. Hij was ook een condottiero (aanvoerder van een leger huurlingen). Hij was sinds 1315 heer van Pavia en vijf jaar later was hij ook heer van Vigevano, waar hij het nog zichtbare kasteel oprichtte. In 1323 werd hij samen met zijn gehele familie geëxcommuniceerd op beschuldiging van ketterij. Hij werd mede-heerser in Milaan met zijn neef Azzo Visconti en zijn broer Giovanni. Hij nam deel aan de slag van Parabiago tegen zijn andere neef, Lodrisio, die met zijn leger Milaan omsingelde. Met een leger van huurlingen uit Noord-Europa, dat hij aan de zonen van zijn broer Stefano toevertrouwde, breidde hij het hertogdom uit. Hij veroverde Pisa en kocht van Obizzo III d'Est Parma. Hij was een bekwaam militaire bevelhebber en heerser, maar was ook beroemd voor zijn wreed gedrag. In januari 1349 ontdekte hij dat zijn echtgenote Isabella' s hem ontrouw was, en voorspelde haar een vreselijke straf. Een paar dagen later werd hij dood gevonden, vergiftigd. De mensen gaven spoedig Isabella de bijnaam Isabella del veleno ("Isabella van Vergif"). Hij werd opgevolgd door zijn neven Bernabò, Galeazzo II en Matteo II die hij in 1346 uit Milaan had verbannen. De ontrouw van Isabella werd door zijn neven gebruikt om de erfenis van zijn zoon af te nemen.

De familie Visconti bleef vazal van de keizer van het Heilige Roomse Rijk tot 1447. 

Hun bewind werd later met hernieuwde kracht voortgezet door de familie Sforza.

Van 1535 tot 1700 kwam Lombardije onder Spaanse heerschappij: het hertogdom Milaan kwam in korte tijd tot verval: hongersnood en epidemieën (de door Manzoni beschreven beruchte pestepidemie van Milaan die in 1630 uitgebroken was) veroorzaakten duizenden slachtoffers, waardoor het inwonertal in vijftig jaar tijd tot een derde werd teruggebracht.



Heren van Milaan uit het geslacht Visconti (1277 - 1395)


* Oddone Visconti, aartsbisschop van Milaan 1277 - 1294
* Matteo I Visconti 1287 - 1302; 1310 - 1322

Matteo I Visconti (15 augustus 1250 – 24 juni 1322) was de eerste heerser over Milaan uit het geslacht der Visconti's. Hij werd ook wel Matteo il Grande (Italiaans: Mattheus de Grote) genoemd. Hij trouwde in 1269 met Bonacossa, de dochter van Squarcino Borri.

In 1287 werd Matteo gekozen tot kapitein van het volk, een tijdelijke gezaghebber die zes maanden lang de stadstaat bestuurde. Met hulp van zijn oom Oddone Visconti, die aartsbisschop van Milaan was, slaagde hij erin om deze termijn te verlengen voor onbeperkte tijd. In 1302 moest hij vanwege een opstand vluchten naar Verona. Hendrik VII van het Heilige Roomse Rijk installeerde hem in 1310 weer als heerser. Matteo I werd in 1322 geëxcommuniceerd door Paus Johannes XII, vanwege een ruzie over de Milanese bisschopszetel. In datzelfde jaar deed hij troonsafstand ten gunste van zijn zoon Galeazzo I Visconti.

* Galeazzo I Visconti 1322 - 1327
* Azzo Visconti 1329 - 1339
* Luciano Visconti 1339 - 1349
* Barnabo Visconti 1349 - 1385
* Galeazzo II Visconti 1349 - 1378

Galeazzo II Visconti (1320 - 4 augustus 1378) was een Italiaanse edelman uit het rijke geslacht der Visconti, dat van 1277 tot 1395 de macht over de stadstaat Milaan in handen had. Zijn hof bevond zich in Pavia, waar hij ook de universiteit van Pavia stichtte. Hij huwelijkte zijn dochter Violante uit aan Lionel van Antwerpen, de zoon van Edward III van Engeland, die hij 200.000 gouden florijnen als bruidsschat meegaf. Hij regelde ook het huwelijk van zijn zoon Gian Galleazzo Visconti met Isabella van Frankrijk, de dochter van koning Jan II.

* Matteo II Visconti 1349 - 1355

In 1395 verkreeg Gian Galeazzo de hertogstitel. 

Gian Galeazzo Visconti (1351 - 1402) was de zoon van Galeazzo II Visconti, en de eerste hertog van Milaan.

Hij werd door veel van zijn onderdanen gevreesd, net zoals vele andere heersers van Milaan in de loop der tijd tirannieke karaktertrekken begonnen te vertonen. Hij was niet de directe troonopvolger als heerser, maar in 1385 stootte hij zijn oom Barnabo Visconti van de troon om het hertogdom onder zijn bewind te krijgen. Tijdens zijn regeerperiode introduceerde hij de zogenaamde Lentenbehandeling, waarbij verdachten van misdaden veertig dagen lang continu gemarteld werden. Volgens sommige bronnen liet hij mensen ook door honden opeten.

Galeazzo wist ondanks deze methoden de macht te behouden en breidde zijn grondgebied flink uit. Al in 1386 had hij Verona, Venetië en Pavia aan zijn rijk toegevoegd, waarmee hij vrijwel de hele Po-vallei bezat. Met het goud dat hij aan deze veroveringen overhield kocht hij de titel "Hertog" van de keizer van het Heilige Roomse Rijk voor 100,000 florijnen. Galeazzo wilde echter heel Noord-Italië onder één machthebber verenigen, maar de stadstaten Bologna en Florence lagen dwars. In 1384 viel hij deze twee steden aan; de oorlog sleepte zich voort, en in 1395 gaf Bologna zich over. De Florentijnen werden geplaagd door hongersnood, epidemieën en armoe, maar omdat Galeazzo in 1402 overleed aan koorts, werd de belegering gestaakt. Snel daarna viel het rijk uiteen, toen de nazaten van Visconti onderling ruzie kregen over de opvolging als hertog.

* Gian Maria Visconti 1402 - 1412


* Filippo Maria Visconti 1412 - 1447

Filippo Maria Visconti (1392 - 1447) was de zoon van Gian Galeazzo Visconti, en volgde hem in 1402 op als heerser over Pavia. Hij was ook de hertog van Milaan. Visconti was een begenadigd politicus, die condottieri inhuurde als Carmagnola, Piccinino en Francesco Sforza om het Lombardische deel van zijn vaders hertogdom te heroveren. Deze militaire missies bekostigde hij met de half miljoen florijnen die hij als bruidsschat had gekregen toen hij met Facino Cane de Cesale trouwde.
Hij stierf in 1447, als laatste mannelijke erfgenaam van de Visconti's. Na de betrekkelijke korte periode van de Ambrozijnse Republiek werd hij als hertog opgevolgd door zijn condottiere Francesco Sforza, die in 1441 met Visconti's dochter Bianca was getrouwd.

* Ambrozijnse Republiek 1447 - 1450

De Ambrosiaanse Republiek was de periode van 1447 tot 1450, waarin de Italiaanse stadstaat Milaan een republiek was. In 1447 was Filippo Maria Visconti, de laatste hertog van Milaan, kinderloos gestorven. Hierop grepen de republikeinen de macht, die sinds het begin van de 14e eeuw het niet meer voor het zeggen hadden gehad, toen Matteo I Visconti zich tot heer van Milaan liet uitroepen. De Republiek was echter een kort leven beschoren: in 1450 pleegde Francesco Sforza, de condottiere van de laatste Visconti, een staatsgreep en trok de heerschappij naar zich toe.

* Francesco I Sforza 1450 - 1466

Op het geslacht der Visconti's volgde dat van de huurlingenaanvoer-der Sforza, 

Toen de familie Visconti geen erfgenaam meer had voortgebracht verwierf Francesco Sforza, de zoon van Muzio Attendolo, die Sforza ("Sterk") werd genoemd, een condottiere uit Romagna die de koningen van Napels diende in 1447 de titel Hertog van Milaan 

Francesco Sforza (1401 - 1466) was de grondlegger van de Sforza-dynastie in de Italiaanse staat Milaan.

Hij was de zoon van de condottiere Muzio Sforza, die hij opvolgde als leider over een leger huurlingen (een condotta). Men zei dat Francesco ijzeren staven met zijn blote handen kon buigen. Professioneel gezien redde hij een aantal keren de nek van de heersende familie Visconti, waarvoor hij als beloning met Bianca, de dochter van hertog Filippo Maria Visconti mocht trouwen. Filippo zelf liet echter geen troonopvolger na, en na een kort machtsvacuüm nam Francesco de titel van Hertog van Milaan aan.

Als hertog introduceerde hij een nieuw belastingstelsel, wat de overheid enorme sommen geld opleverde. Aan zijn hof werden in het kader van de Renaissance talloze boeken over uiteenlopende onderwerpen geschreven. Sforza raakte ook bevriend met de Florentijnse heerser, Cosimo de' Medici, waaruit de Vrede van Lodi voortvloeide. Dankzij dit verdrag werd de politieke situatie in heel Noord-Italië gestabiliseerd.

* Galeazzo Maria Sforza 1466 - 1476

Galeazzo Maria Sforza was de hertog van Milaan tussen 1466 en 1476. Hij was de oudste zoon van Francesco Sforza en Bianca Visconti, en de broer van Ludovico Sforza.
Hij trouwde met Dorotea Gonzaga, en na haar dood met de dochter van Ludovico I van Mantua. Galeazzo staat vooral bekend om zijn bevordering van de muziek; vooral Nederlandse en Vlaamse componisten trokken naar zijn hof, waaronder Gaspar van Weerbeke en Alexander Agricola.
Galeazzo werd op 26 december 1476 vermoord op de trap van de Milanese kathedraal door drie edelen uit de stad, die blijkbaar probeerden de moord op Julius Caesar te imiteren. Na zijn dood werd zijn zoon, Gian Galeazzo Sforza, hertog. Zijn dochter Bianca trouwde in 1494 met keizer Maximiliaan I.

* Gian Galeazzo Sforza 1476 - 1494

* Ludovico Sforza 1494 - 1499

Ludovico Sforza de Moor (27 juli 1452 - 27 mei 1508) was een telg uit geslacht der Sforza's, dat na de Visconti-familie de macht in handen had in Milaan. Hij was de zoon van Francesco Sforza, en bekend geworden als de hertog van Milaan en als mecenas van onder andere Michelangelo.

In 1476 werd Ludovico's oudere broer Galeazzo Maria Sforza vermoord, waarop de hertogszetel toekwam aan hun zeven jaar oude neefje, Gian Galeazzo Sforza. Tijdens diens minderjarigheid greep Ludovico de macht. Gian Galeazzo stierf in 1494, zodat Ludovico de officiële hertog van Milaan werd op 22 oktober. In datzelfde jaar nog spoorde hij koning Karel VIII van Frankrijk en Maximiliaan I van het Heilige Roomse Rijk aan om zich met de Italiaanse politiek te bemoeien, waarmee hij de Italiaanse Oorlogen in gang zette.

Ludovico sloot zich aan bij Maximiliaan I, en gaf hem zijn nicht Bianca Sforza als vrouw. In ruil hiervoor investeerde de keizer grote sommen geld in het Milanese hertogdom. De Fransen werden in 1495 bij de Slag om Fornovo verslagen, maar Ludovico werd in 1499 door Lodewijk XII van Frankrijk uit Milaan verdreven. 

Lodewijk XII van Frankrijk 1499 - 1500

Ludovico Sforza (1500) werd hersteld als hertog van Milaan door Zwitserland in 1500, maar kort daarop door hen uitgeleverd aan Frankrijk. Hij stierf als politiek gevangene in Loches.

Lodewijk XII van Frankrijk 1500 - 1512

Massimiliano Sforza 1512 - 1515 In 1515 werd hij na de nederlaag in de slag van Marignano (1515) door Frans Ivan Frankrijk gevangen genomen.

Frans I van Frankrijk 1515 - 1521

Francesco II Sforza 1521 - 1535

Keizer Carlos (Karel) V 1535 - 1554

Filips II van Spanje 1554 - 1598

Filips III van Spanje 1598 - 1621

Filips IV van Spanje 1621 - 1665

* Karel II van Spanje 1665 - 1700
* Filips V van Spanje 1700 - 1706
* Keizer Karel VI 1706 - 1740
* Maria Theresia 1740 - 1780
* Keizer Jozef II 1780 - 1790
* Keizer Leopold II 1790 - 1792
* Keizer Frans II 1792 - 1797
* Cisalpijnse Republiek 1797 - 1799
* Keizer Frans II 1799 - 1800