|
2962 |
|
![]() |
Voor velen was het een complete verrassing dat keizer Eenmaal keizer, zag Hadrianus zich geconfronteerd met een opstand van de Saracenen en de Britten en onrust in Egypte, Libië, Palestina, Mauretanië en Dacië. Hij was op dat moment in Syrië en reageerde snel. Hij ging op weg naar Dacië en benoemde ondertussen op belangrijke posten eigen mensen om de brandhaarden onder controle te krijgen. Zo stuurde hij zijn grote vriend, de voormalige centurion Marcius Turbo eerst naar Mauretanië om hem vervolgens te benoemen tot gouverneur van Dacië en Pannonia Inferior. Sinds de dood van |
| Daarom nam de nieuwe keizer |
![]() |
|
Uit Rome, waar zijn vriend Acilius Attianus als prefect van de Pretoriaanse Garde de zaak in de gaten hield, kwam toen het bericht van een samenzwering. Vier senatoren werden - mogelijk met instemming van Hadrianus - terechtgesteld. Bijna een jaar later waren de meeste zaken weer in orde en maakte Hadrianus eindelijk zijn opwachting in Rome. De ontvangst was niet hartelijk. De executie van de vier senatoren riep net iets te veel herinneringen op aan voorgangers die samenzweringen als argument gebruikten om tegenstanders uit de weg te ruimen.
Nadat Hadrinaus in 126 was teruggekeerd uit de oostelijke provincies liet de kunstminnende keizer een uitgestrekt landgoed(villa Adriana) aanleggen ten zuidwesten van het Latijnse stadje Tibur, het huidige Tivoli, ca. 31 km van Rome. |
| Hadrianus deed zijn best om weer in het gevlei te komen door giften en door belastingschulden kwijt te schelden. Maar helemaal goed is het nooit gekomen. Vooral het opgeven van de provincies is Hadrianus blijvend aangerekend. Rome hoorde toch een imperium sine fine, een rijk zonder grenzen, te zijn? Dergelijk kritiek is te lezen bij |
![]() |
|
laatst bijgewerkt: 17-01-11 |