2054

Grafheuvels van de Midden-Bronstijd 
(ca. 1600 - ca. 1200 v. Chr.)

Op de Veluwe en in het Rivierengebied werden tijdens de Midden Bronstijd (1600-1200 v. Chr. ) grafheuvels gebouwd, waarin hele families werden begraven. Deze hadden de vorm van een sleutelgat, met daaromheen een dubbele rij houten palen of een greppel. De doden werden in gehurkte houding op de linkerzij en met de blik naar het zuiden begraven in grafkisten, gemaakt van boomstammen en daarboven een afdakje op vier palen (dodenhuisje). Stamhoofden of vorsten, kregen rijke grafgiften mee, zoals gouden sieraden, sieraden van barnsteen, rijk bewerkte aardewerk potten, wapens (bronzen zwaard, dolk, strijdbijl, pijl en boog, polsbeschermer) en gereedschappen (slijpsteen, vuurslag, scheermes). Achter het hoofd werd een fijn versierde beker gelegd met voedsel of drank voor de reis naar het hiernamaals. In de Midden Bronstijd werden de grafheuvels omringd met paalkransen of met een greppel.  Hierdoor was de plaats van de doden afgescheiden van de wereld van de levenden. Uit niets blijkt enige vrees voor de doden. De grafheuvels lagen tussen de boerderijen.

Zie ook Grafheuvels ten tijde van de Klokbekercultuur (2600 - 2100 v. Chr.); Grafheuvels van de Late bronstijd (1200-700 v. Chr.)

Onder: Een ringwalgrafheuvel,  ca. 1350 v. Chr, nabij Toterfout in de gemeente Veldhoven.

laatst bijgewerkt: 14-08-08

colofon