3650

Anatolië (950 - 128 v. Chr.)

Anatolië (1200 - 900 v. Chr.)

Klik hier voor het frame van de pagina

± 950 v. Chr. vestigden de Grieken, de nakomelingen van de Doriërs, zich op de Egeïsche eilanden en de kusten van Klein-Azië. Cyprus en Rhodos en stichtten daar nieuwe landbouwnederzettingen
Langzaam kwam de handel met het Nabije Oosten weer op gang en ontstonden er kleine versterkte steden, waaruit ± 850 v. Chr. kleine onafhankelijke stadsstaten ontstaan.

In Zuid en Zuid-oost Anatolië lagen nog enkele kleine zelfstandige stadsstaten, die vroeger onder Hittitisch bestuur hadden gestaan Gaandeweg kwamen deze zgn. Neo-Hittitische stadsstaten onder de culturele invloed van de Assyriërs en de Arameeërs.

Phrygië

Vanaf ± 900 v. Chr. werd nadat de rust was weergekeerd (de Egeïsche volksverhuizing (± 1220 - 1150 v. Chr.) Noord-West Anatolië gaandeweg bewoond door de Phrygiërs. Eerder hadden de Dardaniërs zich eerder aan weerszijden van de Dardanellen gevestigd. In West-Anatolië lag het kleine koninkrijk Lydië. In Oost-Anatolië, rond het Van Meer, ontstaat in de 9e eeuw uit enkele kleine stadsstaten de staat Urartu (Uriatri, Ararat). 

rechts: kaart van het koninkrijk Phrygië

Strabo maakte melding dat Oost-Anatolië bewoond werd door Armeno-Phrygiërs (Phrygiërs die na de ondergang van hun rijk in 695 v. Chr. door de Kimmeriërs nog in dit gebied woonden?) Carenitis (Karenitis) (het Boven-Eufraatgebied) veroverden, waarschijnlijk ca. 600 v. Chr. op de Toebal en Meshech (Mushki, in de klassieke overlevering de Chalybes genoemd.

De hoofdstad van het Phrygische rijk dat in de 8e eeuw v. Chr. in Centraal Anatolië ontstond, was Gordion, een zwaar versterkte stad. De oudste Phrygische teksten dateren uit de tweede helft van de 8-ste eeuw v. Chr. en zijn geschreven in een alfabetisch schrift, dat vermoedelijk aan een Grieks prototype is ontleend. 


In zuid en zuidoost Anatolië lagen kleine zelfstandige stadsstaten, die vroeger onder Hittitisch bestuur hadden gestaan (Neo-Hittitische stadsstaten) en daarvoor (in de 13e eeuw v. Chr.) deel uit maakten van de confederatie van staten
Assuwa (Arzawa), die was gevormd om zich teweer te kunnen stellen tegen de Hittieten. Deze federatie werd ca. 1250 v. Chr. verslagen door de Hittieten onder  Tudhaliya IV. Gaandeweg kwamen deze staatjes onder de artistieke invloed van de Assyriërs en de Arameeërs. 

In de 7e eeuw v. Chr. trokken de vorstendommen Lydië, Lycië en Carië meer en meer de macht naar zich toe. 

In West-Anatolië lag het koninkrijk Lydië. Het land was vruchtbaar en rijk aan natuurlijke bodemschatten. Lydië werd een machtig en welvarend rijk. Na zijn veroveringen was Alyattes heerser over alle volkeren ten westen van de Halys, met uitzondering van de Lyciërs en de Ciliciërs. De Lydiërs, weerstonden een invasie van Cyaxares van Medië

Lydië was ontstaan uit de stadsstaat Lycia (Lugga, Lukka).

 

In Oost-Anatolië, rond het Van Meer, ontstond in de 9e eeuw uit verscheidene kleine stadsstaten de staat Urartu (Uriatri, Ararat).

In de 8e eeuw v. Chr. kwam Centraal-Anatolië onder de heerschappij van de Phrygiërs. 
Hun cultuur ontwikkelde zich in een gebied dat lag ingeklemd tussen de rivieren Kizilirmac en Sakarya in het noorden.
 

Na de dood van de Assyrische koning Assurbanipal (± 631 v. Chr.) greep Urartu de kans om zijn territorium verder uit te breiden naar het zuiden. 

Nadat de Meden In het begin van de 6e eeuw voor Chr. nog een vergeefse poging deden de Lydiërs te onderwerpen, beleefde het oude Nabije Oosten een zeldzame tijd van stabiliteit.  Aan dit machtsevenwicht kwam echter in 550 v. Chr. een eind toen Cyrus ll, zich opwierp als leider van de Meden en Perzen. In 547 versloeg hij Croesus van Lydië, waarna hij de Ionische steden aan de westkust van Anatolië, die daarvoor onder Lydisch bestuurd stonden, met geweld innam. Deze steden hadden Cyrus aangeboden hun leenverdragen te vernieuwen op dezelfde voorwaarden die zij met Croesus van Lydië gehad hadden, maar Cyrus weigerde ze allemaal op één na. Met de stad Milete, een machtige potentiële vijand, sloot Cyrus een afzonderlijk verdrag van vriendschap en verbintenis. In 513 v. Chr. werden de Ionische steden door Darius (opnieuw) onderworpen.  
Vervolgens veroverde Cyrus ll de gebieden in Klein-Azië die worden bewoond door de Cariërs en Phrygiërs.

Lydië, Lycië, Carië,  en Phrygië kwamen nu onder Perzisch bestuur. Tijdens deze Perzische overheersing, die zou duren tot aan de verovering door Alexander de Grote in 334 v. Chr., ontwikkelde de oude Lydische hoofdstad Sardis zich tot een belangrijk centrum van kunst. 

 

In 499 v. Chr. kwamen de Ionische steden tegen hun overheersers in opstand. Ze kregen daarbij steun van Athene en Eritrea. Die hulp baatte echter niet veel. De Ioniërs konden de Perzen maar weinig schade toebrengen, behalve dat zij de hoofdstad van de satrapie (het voormalige koninkrijk Lydië) - Sardis - platbrandden. Na dit aanvankelijke succes werd de Ionische opstand snel door  Darius onderdrukt. De oproerkraaiers werden weggevoerd en de Ionische steden kregen strenge straffen opgelegd. De stad Milete werd zelfs volledig verwoest, waarna de bewoners naar Mesopotamië werden gedeporteerd (494) Voorts werden enkele van de meest impopulaire tirannen die als zijn zaakwaarnemers in Ionië waren opgetreden door anderen vervangen.

Na de Grieks-Perzische oorlogen (499-479) bleven de Ionische steden onder Perzisch bewind.

In 399 v. Chr. hervatte Sparta onder Agesilaos ll (401 - 461 v. Chr.) de oorlog tegen Perzië ter bevrijding van de Ionische steden. In de zeeslag bij Knidos (394) werd de Spartaanse vloot door de Perzen (met versterking van Griekse huurlingen verslagen. 

Na de Corinthische oorlog (394-387) bleven de Ionische steden in Klein-Azië onder Perzisch bewind, totdat Alexander de Grote in 334 v. Chr. de Griekse steden in Anatolië bevrijdde van hun Perzische overheersers. 

 

 Voor deze steden brak een nieuwe bloeitijd aan. De enorme rijkdom van het verslagen Perzische rijk werd aangewend voor de bouw van prachtige tempels, theaters en openbare gebouwen.

Sardis, Artemis-tempel

Na Alexanders dood in 323 v. Chr. probeerde Antigonos, de satraap van Phrygië samen met zijn zoon Demetrius Poliorcetes het rijk van Alexander onder zijn heerschappij te herenigen. In een hardnekkige strijd breidde hij zijn macht uit over geheel Klein-Azië. Na de Diadochenoorlog (315 - 311) kon Lysimachus van Thracië een deel van Centraal Klein-Azië bij zijn rijk voegen. Nadat In 301 v. Chr. Antigonos bij Ipsos was verslagen verslagen, werd het rijk opnieuw verdeeld. Syrië kwam bij het rijk van Seleukos (het rijk der Seleuciden). Na de stichting van Antiochië richtte Seleukos zijn aandacht op het westen en wist hij na een overwinning op Lysimachus in de slag bij Curupedium (281 v. Chr.) de macht over het grootste deel van Klein-Azië te verkrijgen.

In Pergamon regeerde Filetairos over een tamelijk groot rijk. 

In 279 v. Chr. viel een horde Kelten Klein-Azië binnen en stichten het koninkrijk Galatië. In 230 behaalde Attalos van Pergamon een klinkende overwinning op de Kelten.

Van 242-187 v. Chr. regeerde Antiochos lll de Grote over een enorm rijk dat zich uitstrekt van Klein-Azië tot Egypte - van de Middellandse Zee tot aan de Perzische Golf. 

Cilicië behoorde tot het rijk van Ptolemaios

Anatolië (128 v. Chr. 305 n. Chr.)

Gemaakt: 25-08-04; bijgewerkt: 10-09-08

colofon