xxxx | Mexico (1521 - heden) |
![]() |
In 1521 hadden de Spanjaarden in Mexico onder leiding van Hernán Cortés een eind gemaakt aan de Aztekenbeschaving. Tenochtitlan werd omgedoopt tot Mexico-stad en het werd de hoofdstad van de Spaanse kolonie Nieuw-Spanje. In de decennia die daarop volgden werd ook de rest van Mexico onder Spaans gezag gebracht. De Maya bleken het hardnekkigst. Pas in 1697 werd de laatste stadsstaat, Tayasal, veroverd.
Het bestuur in koloniaal Mexico werd gevormd door peninsulares, de Europese Spanjaarden. Zij waren naar Nieuw-Spanje gekomen om daar een bestuursfunctie te vervullen en keerden na afloop weer terug naar Spanje. Om zeker te zijn van hun loyaliteit mochten ze in Nieuw-Spanje geen grond bezitten. Onder de peninsulares stonden de creolen (criolles), de Amerikaanse Spanjaarden, de afstammelingen van kolonisten of conquistadores. Zij mochten de allerhoogste posities niet bekleden, maar hadden wel veel rijkdom. Onder de creolen stonden de castas. Dit waren allerlei mengvormen: mestiezen, mulatten, etc. Er werden 16 verschillende castas erkend. Nog onder de castas stonden de Indianen. Onder de Indianen bestonden overigens wel grote sociale verschillen, stamhoofden mochten vaak gewoon aanblijven en hadden het aanzienlijk beter dan gewone Indianen. Alhoewel er na de verovering door ziektes en dwangarbeid tientallen miljoenen Indianen om het leven kwamen, bleven zij de hele koloniale periode bleven de grootste groep vormen. |
![]() |
In 1701 ging de Spaanse monachie over van de Habsburgs naar de Bourbons. De Bourbons voerde een groot aantal hervormingen door. Zij vereenvoudigden het bestuursapparaat en bevorderden de economie. Deze hervormingen bereikten een hoogtepunt onder vice-koning Revilla Gigedo II (1789-1794). Onder de Bourbons versterkte de economie van Mexico. De meeste opbrengsten stroomden echter direct door naar Spanje terwijl de welvaart in Mexico bij een kleine groep (voornamelijk creolen) bleef hangen. De creolen begonnen, geïnspireerd door de Verlichting en de Amerikaanse vrijheidsoorlog gelijke rechten als de peninsulares te eisen, en ook mestiezen wilden een verbetering van hun positie. |
In 1808 was het moederland Spanje bezet door Napoleon Bonaparte en waren de Bourbons afgezet en vervangen door Napoleons broer Jozef Bonaparte. De vice-koning van Nieuw-Spanje José de Iturrigaray wilde hiervan gebruik maken door een mate van zelfbestuur in zijn kolonie in te voeren, maar deze plannen werden voortijdig afgebroken door een staatsgreep van de peninsulares. Dit betekende het eind van de geloofwaardigheid van het koloniale bestuur. De conservatieven, bang om geregeerd te worden door een liberale Bonaparte, en liberalen sloten de handen ineen. Rechts: José de Iturrigaray en zijn gezin. |
![]() |
Op 16 september 1810 gaf Miguel Hidalgo, een priester in het stadje Dolores, de oproep tot onafhankelijkheid. Deze gebeurtenis staat bekend als Grito de Dolores. Hoewel Hidalgo een priester was stond hij bekend om zijn liberale opvattingen. De opstandelingen van Hidalgo wisten snel enkele successen te bereiken. Zo namen zij de lokale hoofdstad Guanajuato in en naderden ze Mexico-stad, maar zijn inderhaast georganiseerde leger bleek uiteindelijk niet opgewassen te zijn tegen de Spanjaarden. In 1811 werd hij door Spaanse troepen gevangen genomen en ter dood gebracht.
Rechts: José María Morelos |
![]() |
Hierna werd de leiding van de opstand overgenomen door José María Morelos. Morelos was net als Hidalgo een priester, maar in tegenstelling tot zijn voorganger was hij een mesties. Hij was een briljant strateeg en bewonderaar van Napoleon. Naar verluid heeft Napoleon ooit over hem gezegd: "Geef me drie mannen als Morelos en ik zou de hele wereld kunnen veroveren." Hij wist bijna geheel centraal-Mexico in te nemen. Morelos gaf ook de politieke kant van de strijd meer invulling. Hij stelde een officiele onafhankelijkheidsverklaring en liet in Chilpancingo een eerste grondwet voor Mexico opstellen. Morelos liet een grondwetgevende vergadering bijeenkomen en in 1813 werd de eerste ontwerp-grondwet ondertekend. Ook Morelos wist echter geen stand te houden. In 1815 werd hij gevangengenomen en op last van de inquisitie gefusilleerd. Hierna zakte het animo voor de onafhankelijkheidsstrijd.
In 1819 werd er zelfs amnestie aan de rebellen beloofd. Twee leiders zetten de strijd echter voort. Vicente Guerrero streed aan de kust van de Grote Oceaan en Guadalupe Victoria leidde een guerrilla-oorlog nabij Vera Cruz. Gebeurtenissen in Spanje zouden echter de balans ten gunste van de onafhankelijkheidsstrijders laten doorslaan. In Spanje was namelijk in 1812 na een staatsgreep een liberale grondwet in werking gesteld. In 1814 was deze weer teruggedraaid, maar na een staatsgreep in 1820 trad hij weer in werking. Veel conservatieven in Mexico werden hierdoor gealarmeerd; ze hadden liever onafhankelijkheid dan een liberale grondwet, die machtspositie in gevaar zou kunnen brengen. Een zo'n conservatief was generaal Agustín de Iturbide, erop uitgestuurd om Guerrero en Victoria te verslaan. Iturbide zocht echter toenadering met beide opstandelingen. Met zijn drieën tekenden ze het plan van Iguala, dat voorzag in een onafhankelijk Mexicaans Keizerrijk, het behoud van de rooms-katholieke religie en sociale gelijkheid voor alle groepen. De drie vormden het leger van de drie garantiën, waarbij opstandelingen uit het hele land zich aansloten. Vice-koning Juan de O'Donojú nodigde hen uit voor gesprekken. Op 24 augustus 1821 ondertekenden ze het verdrag van Córdoba, waarbij Mexico onafhankelijk werd. In 1821 maakten de drie hun intrede in Mexico stad. Itubide en vice-koning Juan O'Donojú ondertekenden een verdrag waarmee Mexico onafhankelijk werd. Het Eerste Mexicaanse Keizerrijk ( 21 juli 1822 tot 19 maart 1823). Na de onafhankelijkheid was het de bedoeling dat Mexico een keizerrijk zou worden met koning Ferdinand VII van Spanje als keizer. Deze weigerde echter, net als andere Europese vorsten aan wie de kroon werd aangeboden. Hierop besloot Agustín de Ituribide zichzelf tot keizer van Mexico te laten kronen. De keizerschap was echter geen succes. In 1823 werd Iturbide afgezet en Mexico werd een republiek. Hoewel Mexico onafhankelijk was geworden veranderde er weinig qua sociale verhoudingen. De creolen vervingen de peninsulares als bestuurders, maar de mestiezen en Indianen bleven een ondergeschikte positie behouden. De economie was in het slop geraakt; het zou nog decennia duren voordat het enigszins hersteld was. Verder had de oorlog aan zo'n half miljoen mensen het leven gekost. De Spaanse regering weigerde het verdrag van Córdoba te erkennen en beschouwde Mexico nog steeds als kolonie. Ze erkenden Mexico pas nadat de Mexicanen in 1829 een Spaans leger dat Mexico probeerde te heroveren wisten te verslaan. |
Volgens het Plan van Iguala zou Ferdidand VII keizer van Mexico moeten worden. Ferdinand weigerde echter, en de Mexicanen konden ook geen andere Europese vorst bereid vinden keizer te worden. Daarom werd in 1822 Iturbide tot keizer gekroond. Iturbides regering verliep echter rampzalig en dictatoriaal, waardoor er onder leiding van Antonio López de Santa Anna een opstand uitbrak. Iturbide werd afgezet waardoor er al na acht maanden een eind kwam een het Eerste Mexicaanse Keizerrijk. |
Na de omverwerping van Santa Anna namen de liberalen de macht over. Ze voerden een aantal liberale, antiklerikale hervormingswetten door. In 1857 Mexico een republiek. Er werd een nieuwe grondwet aangenomen waarmee de enorme macht van de Rooms-katholieke kerk gebroken zou moeten worden. De conservatieven kwamen hiertegen in opstand, en in 1858 brak er een burgeroorlog uit, De conservatieven werden vertegenwoordigd door de blanke elite van het leger en de katholieke kerk, die tot dan toe de grootste grootgrondbezitter was en veel economische macht had. De conservatieven zochten steun in het buitenland en als gevolg daarvan vielen in 1861 de Fransen, Spanjaardene en Engelsen Mexico binnen.om hun achterstallige schulden op te eisen. Op 8 december 1861 landden de eerste Spaanse troepen, aangevoerd door Juan Prim, in de Mexicaanse havenstad Vera Cruz, een maand later landden de Engelsen en Fransen. In februari werd de havenstad Campeche ingenomen. Napoleon III bleek echter verdergaande plannen te hebben, hij wilde in Mexico een keizerrijk vestigen. Toen dit uitkwam beraadslaagden Engeland en Spanje over verdere deelname aan de interventie. Engeland en Spanje hadden helemaal geen behoefte aan een regimeverandering in Mexico, generaal Prim stond zelf bekend als liberaal. Na beraad in Orizaba op 9 mei 1862 besloten Engeland en Spanje zich terug te trekken, zodat de Fransen er alleen voorstonden. Een eerste grote treffen vond plaats op 5 mei 1862. Generaal Lorencez werd in de Slag bij Puebla verslagen door een half zo groot Mexicaans leger onder leiding van Ignacio Zaragoza. Deze dag werd prompt uitgeroepen tot nationale feestdag. Lorencez werd na de nederlaag bij Puebla vervangen door maarschalk Élie Frédérick Forey terwijl Zaragoza overleed. In oktober landt Achille Bazaine met extra versterkingen, en weet Xalapa en Tampico in te nemen. Tweede Mexicaanse Keizerrijk was een keizerrijk (1863 tot 1867). |
![]() |
Op 10 juni werd het Tweede Mexicaanse Keizerrijk uitgeroepen. Maximiliaan van Habsburg, was intussen door een comité van conservatieve notablen gevraagd keizer van Mexico te worden, wat hij op 3 oktober accepteerde. Op 28 april 1864 landde hij in Mexico, en op 12 juni werd hij gekroond. Hij vestigde zich met zijn vrouw Charlotte van Saksen-Coburg-Gotha (dochter van koning Leopold I van België) in Chapultepec, even ten westen van Mexico-stad. Intussen hadden de Fransen Guadalajara, Acapulco, Hermosillo, Guanajuato en San Luis Potosí ingenomen, zodat de regering-Juárez zich verder naar het noorden in Saltillo vestigden. Ook daar werden ze verdreven. Uiteindelijk zou Juárez zich op 14 augustus 1865 in El Paso del Norte, tegen de Amerikaanse grens aan, vestigen. Juárez weigerde echter Mexico te ontvluchtten. Hij zag zichzelf als verpersoonlijking van de republiek, dus als hij zou vluchten zou dat het einde betekenen voor de republiek. |
Maximiliaan installeerde een democratisch regime met een sterk parlement en beperkte vorstelijke macht. Hoewel Maximiliaan steun kreeg van de conservatieven was hij toch opvallend liberaal. Zo weigerde hij de anti-klerikale wetten van de Refoma in te trekken, waarmee hij in conflict kwam met de kerken. Maximiliaan probeerde toenadering te zoeken met de republikeinen, die echter stellig elke erkenning voor het keizerrijk weigerden. Maximiliaan was hier woedend over en vaardigde een executiebevel uit voor Juárez, Lerdo, en generaal Escobedo. Dit bevel zou later tegen Maximiliaan gebruikt gaan worden. |
Maximiliaan en Charlotte probeerden zich zoveel mogelijk aan de Mexicaanse cultuur aan te passen. Aangezien ze zelf geen kinderen hadden, adopteerden ze Agustín de Iturbide y Green, kleinzoon van Agustín I, die van 1822 tot 1823 over het Eerste Mexicaanse Keizerrijk geregeerd had.
Dit was te liberaal voor de conservatieven. De liberalen aanvaardden echter het instituut monarchie niet. Dit leidde tot een tweede monsterverbond van liberalen en conservatieven, zodat Maximiliaan in 1867 werd afgezet en geëxecuteerd. en de Republiek werd hersteld. |
![]() |
![]() |
In 1867 versloegen de liberalen onder leiding van Benito Juarez de Fransen en daarmee de conservatieven. Benito Juarez was de eerste president van Mexico van indiaanse afkomst. Het grondbezit van de kerk werd niet geduld en geconfisceerd, maar in een later stadium werden ook de communale gronden van de Indianen, de ejidos waar niemand een formeel eigendomsrecht op kon doen gelden, onteigend en verkocht aan de meest biedende. Voor de traditionele indianengemeenschappen was dit funest. Zij raakten hun land kwijt en speculanten, politici, bankiers en industriëlen kochten land op. Mensen met geld konden land kopen en zo kreeg een minderheid van de bevolking het meeste land in handen. |
Benito Juárez werd als president hersteld en voerde een nieuwe, antiklerikaal gekleurde en radicaal-liberale grondwet in. De Ley Lerdo maakte een eind aan het gemeenschappelijke in voornamelijk Indiaanse dorpen. Dit was bedoeld om de opbrengst van de grond te verhogen, maar het werd al snel door grootgrondbezitters gebruikt om een machtspositie te verwerven Door al deze hervormingen werd Mexico omgevormd tot een moderne liberale staat, maar het creëerde ook een omvangrijk bestuursapparaat dat de opmaat vormde voor de autoritaire regeringen die Mexico de komende anderhalve eeuw zou kennen. Juárez overleed in het ambt in 1872. Hij werd opgevolgd door Sebastián Lerdo de Tejada. In 1876 werd Lerdo opnieuw tot president gekozen. Herverkiezing was een heikel punt, voor de conservatieven was het het bewijs dat Juárez en Lerdo in feite tirannen waren. Generaal Porfirio Díaz kwam daarom in opstand. Hij veroeg Lerdo en werd in november 1876 tot president gekozen. Door verkiezingsfraude, intimidatie en grofweg geweld wist hij tot 1911 aan de macht te blijven. Tussen 1880 en 1884 regeerde een stroman van Díaz, Manuel González Flores als president, maar in 1884 werd Porfirio Díaz weer president. Zijn bewind stond bekend als het Porfiriaat. Het regime van Díaz was autoritair maar stabiel. Hij werd gesteund door sommige intellectuelen en bracht het land welvaart. De welvaart was echter niet eerlijk verdeeld. Veel boeren waren het slachtoffer van peonage, een vorm van schuldslavernij dat door Díaz bevorderd werd. Mexico werd geïndustrialiseerd, maar veel bedrijven waren van buitenlanders (Amerikanen en Europeanen). Dit wekte de woede op van jonge nationalisten en door het liberalisme en socialisme geïnspireerde intellectuelen. De concentratie van grondbezit nam tijdens de heerschappij van Porfirio Díaz alleen maar toe. Gemaakt: 17-12-05 |