4162 |
East-Anglia (600 - 900) |
![]() |
![]() |
De Angelen bewoonden East-Anglia (Oost Angelen) in het uiterste oosten van Brittannië, midden in de huidige streken Norfolk en Suffolk (Noord-volk en Zuid-volk).
Zie ook: Germanic invasions in Britain |
In die tijd werd East Anglia geregeerd door koning Voor hem was het christendom een god erbij en niet een god in de plaats van de goden die hij aanbad. Waarschijnlijk, maar niet zeker, was het Redwald die in Sutton Hoo een schitterende scheepsbegrafenis kreeg. De resten hiervan werden in 1939 blootgelegd (te vergelijken met een scheepsbegrafenis van een vikinghoofdman, z. afb. rechts) Binnen 50 jaar had het christendom zich over heel Zuid- en Midden-Engeland verspreid. Deze snelle verspreiding had verstrekkende gevolgen. Het betekende de introductie van een geletterde elite, van geschreven bronnen, van scholen en van het Latijn als wetenschappelijke voertaal. Het is zeer waarschijnlijk dat de Kerk ook verantwoordelijk is geweest voor de verrassend snelle invoering van de geschreven wetsteksten en regels. Toch kregen de zendelingen soms te maken met flinke tegenslagen. In elk klein Engels koninkrijkje was het christendom aanvankelijk niet veel sterker dan het zwaard van zijn koninklijke beschermer. De dood of de nederlaag van een gedoopte vorst blies het geloof in de oude Angelsaksische goden vaak weer nieuw leven in. Grote verwarring bij Angelsaksen ontstond, door de touwtrekkerij tussen Italiaanse en Ierse monniken over het maken van bekeerlingen onder de Angelsaksen, de rechtsbevoegdheden van de Kerk in Engeland en de geloofsleer. |
|
Om het geschil bij te leggen riep koning Oswiu van Northumbrië een vergadering bijeen in Whitby in het jaar 663. Hier zetten de rivalen hun toekomst op het spel voor een kleine, maar beslissende ruzie over de datum van Pasen. De Ieren hadden die vastgelegd volgens een oude datumberekening. Koning Oswiu besliste in het gelijk van de Italianen, wat een belangrijke overwinning betekende voor paus Gregorius. De nieuwbakken Christelijke koningen werden er door de religieuze autoriteiten van overtuigd dat geschreven wetsteksten en schriftelijk vastgelegde regels essentiële onderdelen vormden van het bestuur van een beschaafde christelijke maatschappij. Het mooiste voorbeeld van zo'n vroege door het christendom geïnspireerde oorkonde is het edict van de koning De bekering van de lokale elite tot het christendom betekende ook de impliciete erkenning van het bestaan van een autoriteit die zich uitstrekte tot over de grenzen van de eigen stam. Het christendom met zijn hiërarchische structuur bood een model waarin de al bestaande ideeën over een vorm van centraal koningschap gestalte kon krijgen. Het resultaat was verbluffend. Een schriftloze samenleving bestaande uit een groot aantal elkaar bestrijdende stammen, veranderde binnen honderd jaar in een klein aantal centraal geregeerde christelijke koninkrijkjes, waarin de belangrijkste zaken schriftelijk werden afgehandeld en tenslotte binnen drie eeuwen in één christelijke Engelse staat. |
![]() |
![]() |
![]() Op materieel gebied betekende het nieuwe geloof vooral een impuls voor de bouwkunst en de kunstnijverheid. Kerken, liturgische geschriften, religieus vaatwerk, heiligenbeelden en altaarstukken, dit alles moest in groten getale vervaardigd worden. Alleen al in de eerste eeuw van het Engelse christendom moeten er meer dan tienduizend kopieën van allerlei liturgische teksten vervaardigd zijn, de meeste naar voorbeelden uit de mediterrane wereld. Het oudste exemplaar, een evangeliarium dat Augustinus zelf uit Rome had meegebracht, is bewaard gebleven. Links: Helm van Sutton Hoo, nu tie zien in het in het Royal Armouries museum in Leeds. |
![]() In 855 werd de 15-jarige |
![]() |
laatst bijgewerkt: 17-11-07 |