149 Planten in het Trias (245 - 208 miljoen jaar geleden)

Planten in het Perm

Hoewel de aarde in het Trias (245 - 2-8 miljoen jaar geleden) een geheel ander aanzien had dan tijdens het Carboon met zijn overvloedige bebossing, kwamen er toch nog grote aantallen boomvarens voor. Ook kwamen er nieuwe vormen van naaldbomen voor, zoals de Taxus, Gingko en Aroukaria. Verder hadden de Paluvarens zich bijzonder uitgebreid en in het laatst van deze periode ontstonden er zelfs Sparrenbomen en aan de oevers van meren en poelen een rietachtig struikgewas. 

Aan het begin van het Trias werden de bossen van Laurasia gedomineerd door coniferen, ginko's (grond- en boomvarens), cycades en bennettitaleans, terwijl de bossen van Gonwana Dicroidium en Thinnfeldia als belangrijkste soorten had. Tegen het eind van deze periode kwamen de coniferen en cycades in opmars en namen de dominerende plaats in. De middenlanden werden gekenmerkt door een lage vegetatie, die droogte prefereerde. Soorten als Matoniaceae en Gleicheniaceae kwamen daar veelvultdig voor.

Trias-plantenfossielen zijn vrij schaars in onze omgeving. In de eerste 10 miljoen jaar van het Trias zijn de leefomstandigheden waarschijnlijk erg slecht geweest met o.a. een door vulkanische gassen vergiftigde atmosfeer. In de Elzas worden wel Triasplanten gevonden, vooral coniferen. Het Boven-Trias, ook wel Keuper genoemd, heeft in Duitsland goede vindplaatsen opgeleverd. De flora werd daar gedomineerd door paardenstaartachtigen, maar ook andere groepen waren aanwezig, zoals varens, zaadvarens, coniferen, ginkgo- en cycasachtigen. Belangrijke ontwikkelingen zijn het verschijnen van moderne varens en van Bennettitales (zie verder). Het boek 'Keuperpflanzen' van Kelber en Hansch geeft er een prachtig beeld van: klik op de foto links. Bij Unternschreez (Bayreuth) is het een en ander te vinden uit het bovenste deel van het Trias: klik op de foto rechts.

De evolutie van de planten III. Perm, Trias, Jura en Onder-Krijt

De varens uit het voorafgaande Paleozoïcum werden door de klimatologische veranderingen naar speciale plekken verdrongen, waar het hoog en koud was, of donker en vochtig. Loofbomen en bloeiende planten namen de wereld over. Zij zorgden voor het ontstaan van nieuwe dieren.
In Gondwana verdween de uit het Perm stammende plant Glossopteris. Deze werd vervangen door de zaadvaren Dicrodium. Soms was dit de enige plant in dit gebied. 

In Laurasia kwamen ook de Bjuvia (links) en de Wielandiella (rechts) veel voor. De laatste plant was een Cycadeoid. 

Planten in het Jura

Laatst bijgewerkt: 19-11-06

colofon