44 |
De Aarde in het Ordovicium (448,3 - 443,7 miljoen jaar geleden) |
![]() |
![]() |
Aan het begin van het Ordovicium situeerde het merendeel van de landmassa's zich in het zuidelijk halfrond. Het gebied ten noorden van de tropen bestond vrijwel uitsluitend uit oceaan. Het paleocontinent Laurentië bevond zich rond de evenaar en omvatte onder meer Groenland, Noord-Amerika en ook Schotland. Ten oosten ervan bevond zich het paleocontinent Siberia bestaande uit een deel van het huidige Siberië en ten zuidoosten Baltica met Scandinavië en het Europese deel van Rusland.
Laurentië en Baltica waren van elkaar gescheiden door de Iapetusoceaan. Nog verder zuidwaarts bevond zich op het zuidelijke halfrond een groot paleocontinent, Gondwana. Hiervan werden stukken afgebroken, o.a. Avalonia (Zuid-Engeland en Ierland), die snel in noordelijke richting dreven. Op dit mini-continent bevonden zich de landmassa's die tegenwoordig Zuid-Ierland, het Verenigd Koninkrijk en de Benelux vormen. |
![]() |
![]() |
Aan het einde van het Ordovicium begon een periode van bergvorming waardoor Laurentia en Baltica naar elkaar toe bewogen. Dit zorgde ervoor dat de Iapetusoceaan verdween. Ook Avalonia bewoog verder richting Baltica. Door de botsing tussen Baltica en Avalonia onderging de zuidrand van Baltica een grootschalige plooiing. De huidige Ardennen en de Schotse Hooglanden zijn in eerste instantie door deze plooiingsfase, die we kennen als de Caledonische orogenese, geplooid. Later kwam hier de Hercynische orogenese overheen.
Bron: Ordovicium - Wikipedia |
![]() |
Laurentia (NAM), Baltica (Bal), Siberia (SIB) en Gondwana (Gon) werden gescheiden door de grote Panthalassic Oceaan. In de loop van het Ordovicium schoof Gondwana op in de richting van de Zuidpool. Rond de equatoriale wateren zetten zich grote hoeveelheden zout en leisteen af, terwijl rond de polen grote ijskappen verschenen.
Van het Vroeg tot het Midden-Ordovicium bestond er op aarde een milder klimaat waarin het vrij warm was en de atmosfeer een hoge vochtigheid bezat. Tegen het eind van het Ordovicium kwam Gondwana op en rond de Zuidpool te liggen en werd vrijwel het hele zuidelijke deel van Gondwana door ijs bedekt. Er ontstonden forse gletsjers, waardoor de ondiepe zeeën droog vielen en het algemene zeeniveau drastisch terugliep. |
laatst bijgewerkt: 23-12-02 |