1884 Chili
Vice-koninkrijk Peru - Pizarro
De vroegste menselijke resten die op het Chileense grondgebied zijn gevonden dateren van ongeveer 6000 jaren geleden. zie verder De eerste bewoners van Zuid-Amerika

De eerste Spaanse ontdekkingsreiziger was Diego de Almagro, metgezel en rivaal van Francisco Pizarro, die in het jaar 1535 vanuit Peru, via Argentinië, Chili bereikte. Na de Spaanse verovering van Peru was hij ontevreden dat het land was gegeven aan Pizarro en er geen belangrijke rol voor hem was weggelegd. Na enig klagen kreeg hij Spaanse koninklijke toestemming om het gebied ten zuiden van Peru te veroveren. Zijn epische reis zuidwaarts begon in Cuzco, Peru. Met behulp van Inca Paullu, een zoon van de Inca-heerser Huayna Capac, leidde hij zijn mensen over de bergen van de Andes, ten hoogte van de huidige stad Copiapo. Dit kostte aan velen het leven. Hij reisde verder zuidwaarts naar de rivier Aconcagua, waar hij vijandige Mapuche Indianen zag en besloot terug noordwaarts te gaan, zonder de schat en de rijkdom te vinden die hij zocht. Op zijn reis naar het noorden kwam hij in de Atacama woestijn terecht, waar gebrek aan water en voedsel zijn tol eiste. Hij richtte nooit een stad op het grondgebied van (wat nu) Chili is.

Op zijn terugkeer naar Peru in 1537, was Almagro bitter en enthousiast om de rijkdom van de stad van Cuzco voor zich te claimen. In het vorige jaar had Inca Manco kort de koninklijke stad heroverd en de Spaanse greep in de Heilige Vallei verzwakt. In de hoop op hulp van de Inca, bood Almagro Manco Inca excuses aan namens de Spaanse overheid. Manco Inca sloot zich nooit officieel aan bij Almagro in zijn aanval op Cuzco. Nochtans marcheerden het grootste deel van het leger van Hernando Pizarro door de Andes in achtervolging van Manco Inca, hetgeen Almagro's mensen toestond om de stad voor zich te claimen.
Pizarro versloeg Almagro bij de Slag van Las Salinas (dichtbij Cuzco) in april 1538. Almagro werd drie later maanden geëxecuteerd. Zijn mensen keerden zich toen tegen Francisco Pizarro en doodden hem in Lima in 1541.

Het was met de expeditie van Pedro de Valdivia in 1540-1541 dat de eerste blijvende Spaanse nederzettingen werden gevestigd. In die eerste reis legde Valdivia de grondvesten van een aantal steden, waaronder Santiago.

Ook de Nederlanders hebben geprobeerd Chili te veroveren. De eerste verovering
In 1600 veroverde de Nederlandse piraat Sebastian de Cordes de stad Valdivia op de Spanjaarden. Deze verovering duurde echter niet lang; al na een paar maanden verliet deze piraat zijn veroverde stad en vertrok naar open zee. De West-Indische Compagnie had altijd al plannen om verschillende gebieden van het Spaanse Chili te veroveren. Dit kwam waarschijnlijk naar hun zucht naar goud. De VOC zag ook wel brood in de aanval, en daarom besloten de WIC én de VOC samen te werken om hun macht in Zuid-Amerika te versterken. Dit was heel uitzonderlijk, want na deze aanval zouden de WIC en de VOC nooit meer samenwerken.

De leider van deze expeditie zou Hendrick Brouwer worden, hij was een generaal in dienst van de VOC en had daar al grote naam gemaakt: hij was bijvoorbeeld opperhoofd van Deshima geweest en had ook al andere grote zetels bekleed. Van 1632 tot 1636 was hij gouverneur-generaal van Nederlands-Indië geweest. 

 

In 1642 was het dan zover, een vloot schepen onder leiding van Brouwer vertrok richting Chili. De reis ging om de Kaap Hoorn heen en door Straat Le Maire. Brouwer kreeg als opdracht mee dat als het zou kunnen hij ook zou kijken of er in Peru mogelijkheden waren tot kolonisatie van de Nederlanders. De indianen waren heel belangrijk voor het welslagen van deze expeditie; het was bij de Hollanders bekent dat de indianen fel verzet tegen de Spanjaarden zouden plegen, en als de Nederlanders met hen konden samenwerken zou dat hun erg in het voordeel spelen.
In het voorjaar van 1643 kwam de Nederlandse vloot aan op het eiland Chiloé. Deze veroverden zij daarna al snel op de Spanjaarden. En een paar weken later wist Brouwer samen met de Araucan-indianen de stad Valdivia te veroveren. Ook wist Brouwer een samenwerking te verkrijgen met een paar lokale indianenstammen. Hierdoor kon hij makkelijk De Spanjaarden aan. De Indianen keerden zich niet lang na de samenwerking tegen hem en verjoegen hem. Op 7 augustus 1643 overleed Hendrick Brouwer aan een toen nog onbekende ziekte. Zijn lichaam is in Valdivia begraven, maar zijn ingewanden in de nabij gelegen en naar hem vernoemde Brouwershaven. Dit was een grote klap voor het welslagen van deze gewaagde expeditie.

De veel mildere vice-generaal, Elias Herckmans, nam het bevel over. Hierbij gingen twee dingen mis:ten eerste liet Herckmans de indianen merken dat hij op zoek was naar goud, wat het einde betekende van hun samenwerking. Ten tweede was hij te mild tegenover zijn mannen waardoor ze dreigden te gaan muiten. Deze dreigingen besloten hem terug te keren naar Nederlands Brazilië, voordat er echt resultaat was geboekt. Het enige resultaat was dat Brouwers aantoonde met deze reis dat het Staten Eiland geen deel uitmaakt van het onbekende Zuidland, maar een eiland is.

Tot 1810 was Chili een kolonie van de Spaanse troon. In dit jaar verklaarde het land, onder leiding van de generaal Bernardo O'Higgins de tweede man van het onafhankelijksleger van generaal José de San Martín, zich onafhankelijk. O'Higgins was de zoon van een Ierse immigrant.
Van 1879 tot 1884 was Chili in oorlog met zowel Peru als Bolivia over de salpeter-velden in het noorden, een grensstreek van de drie landen. Chili won de Salpeteroorlog (ook wel Oorlog van de Stille Zuidzee genoemd) en nam grote delen van Peruaans en Boliviaans grondgebied in. Hierdoor raakte Bolivia haar toegang tot de oceaan kwijt. De jonge republiek voerde ook oorlog met de Mapuche-indianen, die zicht tot dusverre altijd hadden weten te weren. Hierdoor kreeg Chili zijn langgerekte vorm en breidde het zuidwaarts uit tot Vuurland.

Gemaakt: 21-12-05

colofon