13

Cripticum (4560 - 4.150 miljoen jaar geleden)

4.6 4.5 4.4 4.3 4.2 4.1 4.0 3.9 3.8 3.7 3.6 3.5 3.4 3.3 3.2 3.1 3.0 2.9 2.8 2.7 2.6 2.5 2.4
2.3 2.2 2.1 2.0 1.9 1.8 1.7 1.6 1.5 1.4 1.3 1.2 1.1 1.0 0.9 0.8 0.7 0.6 0.5 0.4 0.3 0.2 0.1

Het eerste tijdvak van het eon (geologisch tijdvak) Priscoïcum (Eng. Priscoan) of Hadeïcum (Eng. Hadean) (4.600 - 3.800 miljoen jaar geleden) wordt gevormd door het Cryptic.

De onderverdeling van het Hadeïcum is gemaakt aan de hand van de geologie van de Maan. Uit de tijdperken Vroeg Imbrien, Nectarien, Basin Groups en Crypticum zijn op Aarde geen gesteenten gevonden. Deze tijdperken worden dan ook alleen gebruikt als men het over de Maan heeft, ze vormen geen onderdeel van de officiële geologische tijdschaal.

Toen de aarde 4,6 miljard jaar geleden ontstond, was zij een gloeiend hete gasmassa, die langzaam afkoelde tot een hete planeet en vormde zich de aardkorst. 

Langzaam koelde de buitenste schil van de Aarde af.



Nadat de aardkorst was gevormd, vond er een kosmisch bombardement plaats van kometen en planetoïden. 
4550 miljoen jaar geleden ramde een planetoïde (een broksteen gesteente dat zich net als een planeet in een baan om de zon beweegt) twee tot driemaal zo groot als de planeet Mars onze aarde, waarbij een deel van de aardmassa de ruimte in werd geslingerd. Daarbij zou de mantel van de Aarde grotendeels zijn verbrijzeld, evenals het kosmische projectiel zelf. Grote brokstukken (ijzerarm) materiaal die uit de aardmantel werden in een baan om de Aarde geslingerd, om vervolgens heel snel (binnen een jaar!) samen te klonteren tot een nieuw hemellichaam: de Maan.

Lang niet al het materiaal is uiteindelijk in de Maan terecht gekomen. Het puin dat na de grote botsing in een baan om de Aarde draaide, vormde een brede schijf om de planeet, vergelijkbaar met het ringenstelsel van Saturnus. De materie in het binnenste gedeelte van de puinschijf - 60 tot 85 procent van het totaal - kon niet samenklonteren door de getijdenwerking van onze planeet en viel na verloop van tijd terug op Aarde. De Maan moet dus ontstaan zijn uit de materie de zich meer aan de buitenrand van de schijf bevond.

Het meeste puin kwam dus weer op Aarde terecht en dat betekent dat er bij de botsing vele meer puin moet zijn ontstaan dan aanvankelijk werd aangenomen. En dat betekent ook weer dat het object dat met de Aarde in aanraking kwam ook veel groter moet zijn geweest dan men eerst dacht.

Zo'n botsing is niet zo onwaarschijnlijk als het lijkt, want in de begindagen van ons zonnestelsel wemelde het overal van de kleine en grotere planeten en planetoïden, die elk hun eigen baan om de Zon trachtten, veilig te stellen. Op hun beurt kregen ook de andere planeten van ons zonnestelsel soms te maken met grote inslagen en spatten er stukken rond waarvan sommige op onze aarde terecht kwamen. Ruim 65% van de Aarde smolt door deze gebeurtenis, waardoor enorme magmaoceanen ontstonden en de totatie-as kantelde.

Opnieuw begon de Aarde af te koelen en 4500 miljoen jaar geleden startte de Aarde met het ontgassen van haar binnenste. Hierdoor ontstond binnen een paar miljoen jaar 80% van de atmosfeer. Door condensatie begon het te regenen waardoor de oceanen ontstonden. Dit proces duurde tot de Basin groups 1-9 (4150 miljoen jaar geleden).

De atmosfeer bestond hoofdzakelijk uit koolstofdioxide met stikstof alleen als sporenelement. Ongeveer 5% bestond uit waterstof. 

Halverwege de Cryptic periode begon de hoeveelheid stikstof flink toe te nemen. Dit gebeurde ten koste van de koolstofdioxide. Dit gas ondergaat een chemische verandering en slaat op de oceaanbodem neer als leisteen.

Bekken Groepen (4.150 - 3.950 miljoen jaar geleden)

laatst bijgewerkt: 13-11-02

colofon